In deze zaak, die voorligt bij de Rechtbank Rotterdam, heeft de besloten vennootschap COD REAL ESTATE B.V. (hierna: Cod) een incident ingesteld op basis van artikel 843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Cod vordert inzage in overeenkomsten die zijn gesloten door de gedaagden, RED COMPANY PROJECTEN B.V. (hierna: Red) en POWERHOUSE COMPANY B.V. (hierna: Powerhouse), met derden met betrekking tot de herontwikkeling van het Codricoterrein in Rotterdam. De rechtbank heeft op 1 september 2021 uitspraak gedaan in dit incident, waarbij Cod niet-ontvankelijk is verklaard in haar vordering. De rechtbank oordeelt dat de wijze van procederen van Cod niet in lijn is met de eisen van een goede procesorde en dat er geen belang is bij een beslissing in het incident. De rechtbank heeft Cod bovendien veroordeeld in de proceskosten van het incident, die zijn begroot op € 563,00, te vermeerderen met wettelijke rente indien niet tijdig betaald. De hoofdzaak zal op 13 oktober 2021 weer op de rol komen voor conclusie van antwoord aan de zijde van Red en Powerhouse. De uitspraak is gedaan door mr. drs. J. van den Bos en is openbaar uitgesproken.