ECLI:NL:RBROT:2021:8717

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
3 september 2021
Publicatiedatum
6 september 2021
Zaaknummer
C/10/621838 / KG ZA 21-601
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot toegang tot woning en tuin door bewindvoerder

In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, vordert de stichting Nu Voor Later, in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van een moeder, toegang tot de woning en tuin van de zoon van de moeder. De procedure is gestart met een dagvaarding op 20 juli 2021, gevolgd door een mondelinge behandeling op 20 augustus 2021. De stichting heeft de vordering ingesteld omdat de zoon niet reageerde op eerdere verzoeken om contact en medewerking aan taxatie en tuinonderhoud. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de moeder volledig eigenaar is van de woning, waardoor de vordering tot taxatie is afgewezen. De rechter heeft echter geoordeeld dat de bewindvoerder wel recht heeft op toegang tot de tuin voor inspectie en eventuele werkzaamheden, en heeft de zoon veroordeeld tot medewerking aan deze toegang. De vordering om de zoon te verplichten de woning te verlaten tijdens de werkzaamheden is afgewezen, omdat de stichting onvoldoende heeft aangetoond waarom dit noodzakelijk was. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/621838 / KG ZA 21-601
Vonnis in kort geding van 3 september 2021
in de zaak van
de stichting
STICHTING NU VOOR LATER,
in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [naam] ,
gevestigd te Dordrecht,
eiseres,
advocaat mr. J.M. Stevers te Leiden,
tegen
[naam gedaagde],
wonende te [woonplaats gedaagde] ,
gedaagde,
advocaat mr. M.G. Hoogerwerf te Dordrecht.
Partijen worden hierna Nu Voor Later en [naam gedaagde] genoemd.

1..De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 20 juli 2021, met producties 1 tot en met 9,
  • de producties 1 tot en met 7 van [naam gedaagde] ,
  • de mondelinge behandeling, gehouden op 20 augustus 2021,
  • de pleitnotities van mr. Hoogerwerf,
  • de e-mail van 20 augustus 2021 van mr. Stevers, met een uittreksel uit het kadaster,
  • de e-mail van 23 augustus 2021 van mr. Hoogerwerf, met een reactie daarop.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2..De feiten

2.1.
Bij beschikking van 12 december 2019 is Nu Voor Later benoemd tot bewindvoerder over de goederen van [naam] (hierna: [naam] ).
2.2.
[naam] is eigenaar van een woning met tuin aan de [adres] (hierna: de woning). Haar zoon, [naam gedaagde] , bewoont de woning.
2.3.
Bij brief van 22 april 2021 heeft Nu Voor Later aan [naam gedaagde] gevraagd om contact met haar op te nemen, omdat [naam gedaagde] niet reageerde op voicemails en brieven van Nu Voor Later. Nu Voor Later heeft aangegeven dat zij de woning wilde laten taxeren om de nalatenschap van de overleden echtgenoot van [naam] te kunnen vereffenen en dat zij een afspraak met een hovenier wilde maken om in de tuin een aantal bomen te verwijderen die te dicht op de perceelgrens zouden staan. [naam gedaagde] heeft daar niet op gereageerd.
2.4.
Bij brieven van 8 en 17 juni 2021 heeft (de advocaat van) Nu Voor Later opnieuw aan [naam gedaagde] gevraagd om contact op te nemen. Daarbij heeft Nu Voor Later verzocht om een nog in de woning staand en door [naam] geleend bed met matras aan Vegro Verpleegartikelen B.V. (hierna: Vegro) te retourneren. [naam gedaagde] heeft niet gereageerd.

3..Het geschil

3.1.
Nu Voor Later vordert dat de voorzieningenrechter bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
[naam gedaagde] veroordeelt tot het verlenen van toegang tot de woning aan een door Nu Voor Later aan te wijzen taxateur, op een tijdstip dat tijdig, zo nodig bij deurwaardersexploot, aan [naam gedaagde] wordt meegedeeld,
[naam gedaagde] veroordeelt tot het verlenen van toegang tot de tuin bij de woning aan een door Nu Voor Later aan te wijzen hovenier teneinde een inspectie uit te voeren voor de te verrichten werkzaamheden en die werkzaamheden ook daadwerkelijk uit te voeren, op een tweetal tijdstippen die tijdig, zo nodig bij deurwaardersexploot, aan [naam gedaagde] worden meegedeeld, en zo lang dit nodig is voor het uitvoeren van die werkzaamheden, alsmede tot het verlenen van toegang tot de woning aan een vertegenwoordiger of gemachtigde van Nu Voor Later teneinde de woning te kunnen opnemen,
[naam gedaagde] veroordeelt tot het verlenen van toegang tot de woning aan een of meer medewerkers van Vegro, op een tijdstip dat tijdig, zo nodig bij deurwaardersexploot, aan [naam gedaagde] wordt meegedeeld,
[naam gedaagde] veroordeelt om na betekening van het vonnis de woning op de hiervoor genoemde tijdstippen te verlaten voor zo lang dat nodig is voor het verrichten van de hiervoor genoemde werkzaamheden, en het uitvoeren van die werkzaamheden te gedogen,
[naam gedaagde] veroordeelt in de kosten van deze procedure en de werkzaamheden ter executie van het vonnis, met inbegrip van de kosten van de noodzakelijke deurwaardersexploten.
3.2.
[naam gedaagde] voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van Nu Voor Later in de kosten van deze procedure.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, ingegaan.

4..De beoordeling

4.1.
Artikel 254 lid 1 Rv bepaalt dat in alle spoedeisende zaken waarin, gelet op de belangen van partijen, een onmiddellijke voorziening bij voorraad wordt vereist, de voorzieningenrechter bevoegd is deze te geven.
4.2.
Nu Voor Later vordert in de eerste plaats medewerking door [naam gedaagde] aan de taxatie van de woning. In de dagvaarding heeft Nu Voor Later gesteld dat zij en de dochter van [naam] tot verdeling van de erfenis van de overleden echtgenoot van [naam] willen overgaan en dat daarvoor noodzakelijk is dat, nu de erfgenamen beneficiair hebben aanvaard, een taxatie van de woning wordt uitgevoerd. Nu Voor Later heeft echter ook het standpunt ingenomen dat [naam] als gevolg van huwelijkse voorwaarden volledig eigenaar van de woning is. Nu daarmee niet duidelijk was of de woning in de nalatenschap valt, heeft de voorzieningenrechter de advocaat van Nu Voor Later verzocht een uittreksel uit het kadaster in het geding te brengen. Daaruit is gebleken dat [naam] volledig eigenaar van de woning is en dat deze dus niet in de nalatenschap valt.
4.3.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat, gelijk aan wat [naam gedaagde] stelt, de omstandigheid dat [naam] eigenaar van de woning is, ertoe leidt dat een (spoedeisend) belang bij de vordering onder 1. ontbreekt. De woning maakt immers geen deel uit van de nalatenschap, zodat een taxatie met het oog op de verdeling van de erfenis niet aan de orde is. Nu Voor Later heeft verder gesteld dat de economische waarde van de woning bepaald zou moeten worden voor de aangifte erfbelasting. Zij heeft deze stelling echter niet nader onderbouwd, zodat onduidelijk is waarom een taxatie van belang zou zijn voor de aangifte erfbelasting. Andere feiten die zouden kunnen leiden tot de conclusie dat sprake is van voldoende belang op korte termijn bij de beoogde taxatie heeft Nu Voor Later niet gesteld. De vordering onder 1. wordt dan ook afgewezen.
4.4.
Nu Voor Later vordert voorts medewerking door [naam gedaagde] aan een inspectie van de tuin en het uitvoeren van werkzaamheden in de tuin. Volgens Nu Voor Later staan in de tuin enkele bomen te dicht bij de perceelgrens en groeien de takken tot ver boven het buurperceel. Nu Voor Later meent dat de takken een bedreiging vormen voor het buurperceel en stelt dat de buurvrouw daarover al meerdere keren heeft geklaagd.
[naam gedaagde] betwist dat de bomen te dicht bij de perceelgrens staan. Daarnaast heeft hij toegelicht dat hij al tientallen jaren onderhoud pleegt aan de bomen, waaronder snoeiwerkzaamheden. Volgens [naam gedaagde] hangen er geen takken meer boven het buurperceel en heeft de buurvrouw daar na februari 2020 ook niet meer over geklaagd.
4.5.
De voorzieningenrechter overweegt dat Nu Voor Later als bewindvoerder van de goederen van [naam] belang heeft om te weten in welke staat die goederen zich bevinden. Nu Voor Later kan haar taak als bewindvoerder anders niet naar behoren uitvoeren. Om die reden wordt [naam gedaagde] veroordeeld tot het verlenen van toegang tot de tuin aan een door Nu Voor Later aan te wijzen hovenier om een inspectie uit te voeren. Indien uit die inspectie blijkt dat werkzaamheden moeten worden uitgevoerd, dient Nu Voor Later aan de betreffende hovenier de opdracht te kunnen geven om die werkzaamheden uit te voeren. Nu Voor Later is als bewindvoerder immers belast met het beheer van de goederen van [naam] , waaronder de tuin bij de woning. [naam gedaagde] wordt daarom ook veroordeeld tot het verlenen van toegang tot de tuin voor het uitvoeren van de werkzaamheden. De voorzieningenrechter geeft partijen evenwel in overweging om in overleg te treden of de volgens de hovenier noodzakelijke werkzaamheden in eigen beheer door [naam gedaagde] kunnen verricht. Niet weersproken is immers dat [naam gedaagde] al tientallen jaren onderhoud pleegt in de tuin. Nu Voor Later heeft verder nog gevorderd dat [naam gedaagde] medewerking verleent aan het laten opnemen van de woning door een vertegenwoordiger of gemachtigde van Nu Voor Later. Dit wordt afgewezen, omdat Nu Voor Later haar belang daarbij onvoldoende heeft toegelicht.
4.6.
Hoewel Nu Voor Later de tijdstippen van de inspectie en de eventuele daaropvolgende werkzaamheden tijdig en zo nodig bij deurwaardersexploot aan [naam gedaagde] wenst mee te delen, acht de voorzieningenrechter het in het belang van partijen dat hierover met de advocaat van [naam gedaagde] wordt gecommuniceerd. In de beslissing wordt dan ook opgenomen dat de tijdstippen van de inspectie en de eventuele werkzaamheden uiterlijk zeven dagen van tevoren aan de advocaat van [naam gedaagde] worden meegedeeld. Volledigheidshalve wordt ook opgenomen dat de data moeten worden vermeld.
4.7.
Nu Voor Later vordert voorts dat [naam gedaagde] medewerking verleent aan medewerkers van Vegro om het bed en het matras op te halen. Tussen partijen is niet in geschil dat het bed en het matras terug moeten naar Vegro. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [naam gedaagde] toegelicht dat hij de goederen voor 31 augustus 2021 door Vegro wil laten ophalen. Daarbij heeft hij opgemerkt dat hij het bed graag zelf uit elkaar wil halen. Hoewel onduidelijk is of Vegro het bed en het matras inmiddels bij [naam gedaagde] heeft opgehaald – dit vonnis wordt immers na 31 augustus 2021 gewezen – overweegt de voorzieningenrechter dat [naam gedaagde] zijn medewerking aan Vegro dient te verlenen. Daarbij is het aan Vegro om te bepalen wie het bed uit elkaar haalt. Nu [naam gedaagde] er tijdens de zitting onvoldoende blijk van heeft gegeven daarmee te kunnen instemmen, wordt hij veroordeeld tot het verlenen van toegang tot de woning aan een of meer medewerkers van Vegro, op een datum die en tijdstip dat uiterlijk zeven dagen van tevoren aan de advocaat van [naam gedaagde] wordt meegedeeld.
4.8.
Nu Voor Later vordert ten slotte dat [naam gedaagde] de woning verlaat voor zo lang dat nodig is voor het verrichten van de werkzaamheden en het uitvoeren van die werkzaamheden te gedogen. Tijdens de zitting heeft Nu Voor Later toegelicht dat zij met werkzaamheden de taxatie en de hovenierswerkzaamheden bedoelt. De vordering wordt afgewezen, nu de gevorderde medewerking aan een taxatie wordt afgewezen en Nu Voor Later onvoldoende inzichtelijk heeft gemaakt waarom [naam gedaagde] de woning dient te verlaten tijdens eventuele werkzaamheden in de tuin en die werkzaamheden niet zal gedogen.
4.9.
Nu partijen over en weer in het ongelijk worden gesteld, worden de proceskosten gecompenseerd op de hierna te vermelden wijze.

5..De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
veroordeelt [naam gedaagde] tot het verlenen van toegang tot de tuin bij de woning aan een door Nu Voor Later aan te wijzen hovenier om een inspectie uit te voeren voor te verrichten werkzaamheden en die werkzaamheden ook daadwerkelijk uit te voeren, op data en tijdstippen die uiterlijk zeven dagen voor de inspectie aan de advocaat van [naam gedaagde] worden meegedeeld en voor zo lang dit nodig is voor het uitvoeren van die werkzaamheden,
5.2.
veroordeelt [naam gedaagde] tot het verlenen van toegang tot de woning aan een of meer medewerkers van Vegro, op een datum die en tijdstip dat uiterlijk zeven dagen voor het bezoek aan de advocaat van [naam gedaagde] wordt meegedeeld,
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Th. Veling en ondertekend en in het openbaar uitgesproken door mr. C. Bouwman, voorzieningenrechter, op 3 september 2021.
[2971/1980]