Op 16 augustus 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling gehouden, waarbij betrokkene niet aanwezig was. De advocaat van betrokkene pleitte voor afwijzing van het verzoek, omdat er volgens hem geen sprake zou zijn van een psychische stoornis. De rechtbank heeft echter de medische verklaring van een psychiater gevolgd, waarin werd vastgesteld dat betrokkene lijdt aan schizofrenie. De rechtbank oordeelde dat het gedrag van betrokkene, als gevolg van zijn psychische stoornis, leidt tot ernstig nadeel, waaronder het risico op lichamelijk letsel en maatschappelijke teloorgang. Betrokkene vertoonde achterdochtig gedrag en veroorzaakte overlast in de buurt. De rechtbank concludeerde dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis waren, aangezien betrokkene niet bereid was om behandeling te accepteren. Daarom werd een zorgmachtiging noodzakelijk geacht om ernstig nadeel af te wenden. De rechtbank verleende de zorgmachtiging voor een periode van twaalf maanden, met ingang van de datum van de beschikking. De rechtbank bepaalde ook dat verplichte zorgmaatregelen, zoals het toedienen van medicatie, konden worden getroffen. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter N. Doorduijn en schriftelijk uitgewerkt op 24 augustus 2021.