3.1.In conventie vordert Ingomar, samengevat:
I. [naam gedaagde 2] te veroordelen om mee te werken aan de verdeling van de gemeenschap, bestaande uit het Casco, in die zin dat [naam gedaagde 2] zal worden veroordeeld haar volledige medewerking te verlenen aan het op de kortst mogelijke termijn verkopen van het Casco op basis van het in het lichaam van deze dagvaarding omschreven aanbod;
II. [naam gedaagde 2] , te bevelen om ter uitvoering van het onder I gevorderde:
- al datgene te verrichten respectievelijk na te laten wat op instructie van de aangestelde notaris vereist is om tot verkoop en eigendomsoverdracht van het Casco te komen;
- mee te werken aan de ondertekening van de verkoopovereenkomst en medewerking te verlenen aan de (notariële) eigendomsoverdracht;
- gezamenlijk aan de notaris die belast is met de overdracht van het Casco, opdracht te geven de verkoopopbrengst naar rato van het aandeel van de deelgenoten te verdelen, met bepaling dat eerst, voor verdeling van de verkoopopbrengst: de kosten van verkoop, waaronder de makelaarscourtage ad € 16.500,- in mindering dient te worden gebracht op de verkoopopbrengst;
III. Primair [naam gedaagde 2] te veroordelen om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis aan de notaris die belast is met de overdracht van het Casco opdracht te geven ten laste van het aandeel van [naam gedaagde 2] te betalen aan Ingomar:
a. de somma van € 11.156,60 zijnde hetgeen door [naam gedaagde 2] verschuldigd is aan Ingomar uit hoofde van ten laste van de gemeenschap door Ingomar voorgeschoten kosten ad in totaal € 22.313,20 zoals is bepaald in het Vonnis van 12 mei 2021;
b. de somma van € 6.200,- terzake hetgeen door [naam gedaagde 2] verschuldigd is aan Ingomar uit hoofde van ten laste van de gemeenschap door Ingomar voorgeschoten stallingskosten over de periode vanaf maart 2020 ad in totaal € 12.400,-;
c. € 40.000,- ter aflossing van de geldlening;
Subsidiair [naam gedaagde 3] en/of [naam gedaagde 1] te veroordelen als (on)middellijk bestuurder van [naam gedaagde 2] om binnen 24 uur na betekening van het in deze te wijzen vonnis te bewerkstelligen dat [naam gedaagde 2] opdracht geeft aan de notaris die belast is met de overdracht van het Casco ten laste van het aandeel van [naam gedaagde 2] te betalen aan Ingomar:
a) de somma van€ 11.156,60 zijnde hetgeen verschuldigd is uit hoofde van ten laste van de gemeenschap door Ingomar voorgeschoten kosten ad in totaal € 2.313,20 zoals bepaald in het vonnis van 12 mei 2021;
b) de somma van € 6.200,- terzake hetgeen door [naam gedaagde 2] verschuldigd is aan Ingomar uit hoofde van ten laste van de gemeenschap door Ingomar voorgeschoten stallingskosten over de periode vanaf maart 2020 ad in totaal € 12.400,-
c) € 40.000,- ter aflossing van de geldlening;
Meer subsidiair gedaagden hoofdelijk, althans [naam gedaagde 2] te veroordelen tot betaling aan Ingomar:
1. 50% de door haar voorgeschoten kosten van € 9.962,03 zijn de totale kosten voor vervoer op 19-07-2018, van scheepswerf naar huidige staplaats
2. 50% de door haar voorgeschoten kosten van € 12.351,17 zijnde het bedrag dat Ingomar heeft betaald voor de stalling van het Casco tot en met februari 2020, alsmede de kosten van stalling ad€ 12.400,- die zijn gemaakt vanaf maart 2020 tot op de dag van levering vanhet Casco;
3. € 40.000,-, zijnde het bedrag van de lening te vermeerderen met de wettelijke rente te rekenen vanaf de datum van dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening:
IV. Te bepalen dat het door uw rechtbank in deze te wijzen vonnis ex artikel 3:300 lid 1 BW in de plaats zal treden van de ondertekening door [naam gedaagde 2] van:
A) de onderhandse akte van verkoop, indien en zover aan de volgende voorwaarden is voldaan:
De notaris die de onderhandse akte van verkoop heeft opgesteld heeft partijen uitgenodigd de onderhandse akte van verkoop op zijn kantoor te ondertekenen, heeft daartoe een tijdstip vastgesteld en heeft hen ten minste een week voor dit tijdstip een ontwerp van deze akte toegezonden aan partijen; en
[naam gedaagde 2] heeft niet uiterlijk op het door de notaris vastgestelde tijdstip meegewerkt aan de ondertekening van deze akte.
B) de opdracht aan de notaris als bedoeld in het gevorderde onder II. primair en subsidiair.
I., II. en III. op straffe van een dwangsom en alles met veroordeling van [gedaagden] in de proceskosten, waaronder de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.