ECLI:NL:RBROT:2021:809

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
11 januari 2021
Publicatiedatum
5 februari 2021
Zaaknummer
C/10/610635 / FA RK 20-10219
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing zorgmachtiging op grond van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 11 januari 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek tot zorgmachtiging was ingediend door de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam op 29 december 2020. Bij het verzoekschrift waren verschillende bijlagen gevoegd, waaronder een medische verklaring van een psychiater en een zorgplan. Tijdens de mondelinge behandeling op dezelfde datum was de betrokkene aanwezig, vergezeld door haar advocaat, mr. S. Lodder, en een sociaalpsychiatrisch verpleegkundige van de Parnassia Groep.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er weliswaar sprake is van een psychische stoornis, maar dat er op dat moment geen ernstig nadeel was aangetoond. Hierdoor voldeed het verzoek niet aan de voorwaarden voor verplichte zorg zoals gesteld in de Wvggz. De rechtbank heeft daarom besloten het verzoek tot zorgmachtiging af te wijzen. De beschikking is mondeling gegeven door rechter A.C. Hendriks en is op dezelfde dag schriftelijk uitgewerkt en getekend. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/610635 / FA RK 20-10219
Referentienummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 11 januari 2021 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] , [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende en verblijvende te [woonplaats betrokkene] ,
advocaat mr. S. Lodder te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 29 december 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring opgesteld door [naam 1] , psychiater, van 22 november 2020;
  • de zorgkaart van 19 augustus 2020;
  • het zorgplan van 19 augustus 2020;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz; en
  • het bericht dat er geen relevante politiegegevens en/of de strafvorderlijke- en justitiële gegevens van betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 11 januari 2021. Bij die gelegenheid zijn verschenen:
  • betrokkene met haar hiervoor genoemde advocaat; en
  • [naam 2] , sociaalpsychiatrisch verpleegkundige, verbonden aan Parnassia Groep bureau BOPZ Rijmond.
1.3.
De officier is niet ter zitting verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

Hoewel de rechtbank, anders dan betrokken, wel aanneemt dat er sprake is van een psychische stoornis, is er niet gebleken dat er (op dit moment) sprake is van ernstig nadeel. Gelet op het voorgaande is er niet voldaan aan de voorwaarden voor verplichte zorg. Het verzoek zal worden afgewezen.

3..Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek af:
Deze beschikking is op 11 januari 2021 mondeling gegeven door mr. A.C. Hendriks, rechter, in tegenwoordigheid van M. Streefland, griffier en op 11 januari 2021 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.