ECLI:NL:RBROT:2021:7610
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheidsincident en vergoeding wegens onregelmatige opzegging in arbeidszaak
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam op 3 augustus 2021, gaat het om een arbeidsconflict tussen een verzoeker en een besloten vennootschap. De verzoeker, die van 1 oktober 2013 tot 31 december 2020 als statutair bestuurder bij de vennootschap was ingeschreven, verzoekt om een vergoeding wegens onregelmatige opzegging van zijn arbeidsovereenkomst. De verzoeker stelt dat hij recht heeft op betaling van achterstallig loon en een vergoeding voor gemaakte onkosten. De vennootschap betwist de arbeidsovereenkomst en stelt dat de verzoeker geen recht heeft op de gevraagde bedragen. Tijdens de mondelinge behandeling op 29 juni 2021 zijn beide partijen verschenen, bijgestaan door hun gemachtigden. De kantonrechter oordeelt dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst en dat de opzegging door de vennootschap onregelmatig was, omdat de wettelijke opzegtermijn niet in acht is genomen. De verzoeker krijgt een vergoeding van € 2.000,- bruto toegewezen, evenals wettelijke rente vanaf 31 januari 2021. De kantonrechter wijst ook een bedrag van € 363,- toe voor buitengerechtelijke incassokosten. De tegenverzoeken van de vennootschap worden afgewezen, en de vennootschap wordt veroordeeld in de proceskosten. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad.