Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de beschikking van de kantonrechter te Arnhem van 17 mei 2021, waarin deze zaak naar de rechtbank Rotterdam is verwezen, en de daaraan ten grondslag liggende processtukken;
- het verzoekschrift tot herstel van de arbeidsovereenkomst ex artikel 7:682 BW met producties;
- het verweerschrift ex artikel 7:682 BW met producties;
- de bij e-mail van 17 juni 2021 in het geding gebrachte producties aan de zijde van
- de bij e-mail van 22 juni 2021 in het geding gebrachte productie aan de zijde van
- de bij gelegenheid van de mondelinge behandeling overgelegde pleitaantekeningen aan de zijde van [verzoeker] .
dhr. [persoon C] (Personnel Officer) verschenen, bijgestaan door de gemachtigde van Van Oord. Van hetgeen tijdens de zitting is besproken heeft de griffier aantekeningen gemaakt.
2..De feiten
- Indien de werknemer niet binnen de Bedenkperiode een keuze uit de in de tweede bullet vermelde 3 trajecten heeft gemaakt, zal Van Oord een ontslagprocedure via het UWV verder in gang zetten (verder te noemen Traject 4).
- Indien door de werknemer een keuze is gemaakt uit de in de tweede bullet vermelde 3 trajecten, kan de werknemer later niet alsnog kiezen voor een ander traject.”
- een reductie van 10 arbeidsplaatsen ten opzichte van 58 Chief Officers;
- een reductie van 8 arbeidsplaatsen ten opzichte van 58 Chief Officers;
- een reductie van 10 arbeidsplaatsen ten opzichte van 78 Chief Officers (DP-gecertificeerd);
- een reductie van 8 arbeidsplaatsen ten opzichte van 78 Chief Officers (DP-gecertificeerd).
3..Het verzoek
primairde opzegging door Van Oord te vernietigen en de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst te herstellen, met veroordeling van Van Oord in alle kosten van deze procedure ad € 10.635,90 inclusief BTW, een salaris voor de gemachtigde daarbij inbegrepen;
subsidiairVan Oord te veroordelen tot betaling van de transitievergoeding ad € 53.410,54 bruto alsmede een billijke vergoeding van € 340.474,31 bruto en € 10.635,90 inclusief BTW aan vergoeding van de kosten rechtsbijstand, een salaris voor de gemachtigde daarbij inbegrepen.
4..Het verweer
primairtot afwijzing van de verzoeken van [verzoeker] , en
subsidiair, voor zover wordt overgegaan tot herstel van de arbeidsovereenkomst, tot verklaring voor recht dat Van Oord geen transitievergoeding aan [verzoeker] verschuldigd is, en voor zover de transitievergoeding reeds aan [verzoeker] is uitbetaald, tot veroordeling van [verzoeker] tot terugbetaling van de transitievergoeding van