Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- vrijspraak van het ten laste gelegde onder 1 en 2 met parketnummer 10/184602-20 en vrijspraak van het ten laste gelegde onder parketnummer 10/035765-21;
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde onder parketnummer 10/00059-21, het ten laste gelegde onder 3 met parketnummer 10/184602-20, het ten laste gelegde onder parketnummer 10/069100-19 en het ten laste gelegde onder parketnummer 10-275184-20;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf van 160 uren subsidiair 80 dagen hechtenis met aftrek van voorarrest, waarvan 40 uren taakstraf, subsidiair 20 dagen hechtenis, voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar.
4..Waardering van het bewijs
bvan de Regeling wapens en munitie (voorwerpen vermeld op lijst a of lijst b van de bij deze regeling behorende bijlage I, alsmede niet in die bijlage genoemde voorwerpen die voor wat betreft hun vorm en afmetingen daarmee een sprekende gelijkenis vertonen, met uitzondering van speelgoedvoorwerpen als bedoeld in de Richtlijn 2009/48/EG), is de rechtbank van oordeel dat op basis van dit proces-verbaal niet kan worden bewezen dat het een wapen is zoals genoemd in de tenlastelegging, namelijk een voorwerp als bedoeld onder artikel 3, sub
g, van de Regeling wapens en munitie.
s02:22 uur op een
personenen
goederente weten tegen
27 januari2021 niet mocht bevinden in het gebied CS, betreft het gebied
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Toepasselijke wettelijke voorschriften
9..Bijlagen
10.. Beslissing
taakstraf voor de duur van 80 (tachtig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
68 (achtenzestig) urente verrichten taakstraf resteren;
34 (vierendertig) dagen.