ECLI:NL:RBROT:2021:6801

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 juli 2021
Publicatiedatum
15 juli 2021
Zaaknummer
8527875 CV EXPL 20-2173
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgverzekeringszaak tussen AnderZorg N.V. en gedaagde over betalingsverplichtingen en smaad

In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam op 15 juli 2021, heeft de kantonrechter uitspraak gedaan in een geschil tussen de naamloze vennootschap AnderZorg N.V. en een gedaagde die in persoon procedeert. De zaak betreft een zorgverzekeringskwestie waarbij de gedaagde een zorgverzekering had afgesloten bij AnderZorg. De eiseres, AnderZorg, vorderde betaling van een bedrag van € 386,94 van de gedaagde, dat betrekking had op niet voor vergoeding in aanmerking komende zorgkosten. De gedaagde heeft zich verweerd tegen deze vordering en stelde dat hij niet verplicht was om deze kosten te betalen, omdat hij slechts een basisverzekering had en er afspraken waren gemaakt over de betaling van tandartsnota's.

De procedure omvatte verschillende processtukken, waaronder een dagvaarding, conclusies van antwoord en repliek, en een tussenvonnis waarin een mondelinge behandeling werd bepaald. Tijdens de mondelinge behandeling op 27 mei 2021 is de zaak verder besproken. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde weliswaar enkele apothekerskosten had voldaan, maar dat er onduidelijkheid bestond over de tandartsnota's. AnderZorg heeft betwist dat er afspraken waren gemaakt over het niet betalen van tandartsnota's, maar de rechter oordeelde dat AnderZorg had nagelaten om de ingediende declaraties te controleren, wat hen in deze zaak niet ten goede kwam.

In reconventie heeft de gedaagde een vordering ingesteld tegen AnderZorg wegens smaad en smart, maar deze vordering werd afgewezen omdat de gedaagde niet voldoende had onderbouwd dat er sprake was van schade aan zijn eer of goede naam. De kantonrechter heeft de vordering van AnderZorg in conventie afgewezen en de gedaagde in reconventie ook in het ongelijk gesteld, met veroordeling van de gedaagde in de proceskosten van AnderZorg. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van zorgverzekeraars in het controleren van declaraties en de noodzaak voor partijen om duidelijke afspraken te maken over betalingsverplichtingen.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 8527875 CV EXPL 20-2173
uitspraak: 15 juli 2021
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Dordrecht,
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
AnderZorg N.V.,
gevestigd te Wageningen,
eiseres,
gemachtigde: Landelijke Associatie van Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[gedaagde] ,
wonende te [woonplaats gedaagde] ,
gedaagde,.
die in persoon procedeert.
Partijen worden hierna aangeduid als ‘AnderZorg’ en ‘ [gedaagde] ’.

1..Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
de dagvaarding van 21 april 2020, met producties;
de conclusie van antwoord, tevens houdende eis in reconventie;
de conclusie van repliek in conventie, tevens antwoord in reconventie, met producties;
de conclusie van dupliek in conventie, tevens repliek in reconventie, met producties;
de conclusie van dupliek in reconventie;
het tussenvonnis van 15 april 2021 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
de aantekening van de griffier op de rol dat de mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 27 mei 2021;
de e-mail d.d. 2 juni 2021 van [gedaagde] , met bijlage;
de antwoordakte d.d. 17 juni 2021 van AnderZorg.
De uitspraak van het vonnis is bepaald op heden.

2..De vaststaande feiten

2.1
Als enerzijds gesteld en anderzijds niet weersproken, staat het volgende tussen partijen vast.
2.2
[gedaagde] heeft bij AnderZorg een zorgverzekering afgesloten zoals bedoeld in de Zorgverzekeringswet. Op grond van deze overeenkomst is [gedaagde] premie, eigen risico, eigen bijdrage en eventueel niet voor vergoeding in aanmerking komende maar wel voorgeschoten zorgkosten verschuldigd.
2.3
Op 14 maart 2014 heeft AnderZorg in een e-mail het volgende geschreven aan [gedaagde] in reactie op zijn verzoek om geen tandartsnota’s te betalen:

Ik zou u erg graag tegemoet willen komen, maar ik kan u helaas niet beloven dat er in de toekomst geen nota’s meer verwerkt worden zoals u aangeeft. Systeemtechnisch is het niet mogelijk om alvorens de nota’s te verwerken ze eerst te gaan controleren op de vergoeding. Wij kunnen wel voor de correctie zorgen als de nota’s eenmaal verwerkt zijn. En wat natuurlijk het allerbeste is is dat de tandarts geen nota’s voor u indient, want dit scheelt iedereen uiteindelijk werk.”

3..Het geschil in conventie

3.1
AnderZorg vordert in conventie dat [gedaagde] bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, wordt veroordeeld tot betaling aan AnderZorg van een bedrag van € 386,94, te vermeerderen met de wettelijke rente over een bedrag van € 324,90 vanaf 17 april 2020 tot aan de dag van algehele voldoening, met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
3.2
AnderZorg legt nakoming van de verplichtingen uit de overeenkomst ten grondslag. [gedaagde] is gehouden om voorgeschoten maar niet voor vergoeding in aanmerking komende zorgkosten te betalen. [gedaagde] heeft niet aan deze verplichting voldaan voor de factuur van 29 oktober 2019. De achterstand bedraagt inclusief rente en kosten € 386,94.
3.3
[gedaagde] heeft zich tegen de vordering verweerd. Hierop wordt voor zover van belang in deze procedure in het navolgende ingegaan.

4..Het geschil in reconventie

4.1
[gedaagde] vordert in reconventie dat AnderZorg wordt veroordeeld tot betaling aan [gedaagde] van € 500,-.
4.2
[gedaagde] legt aan zijn vordering smaad en smart ten grondslag in verband met overtreding van de Wet van de Privacy. [gedaagde] stelt dat AnderZorg vele malen een procedure heeft gestart tegen [gedaagde] die vervolgens wordt ingetrokken of waar de vordering wordt afgewezen. Dit leidt bij [gedaagde] tot ergernissen en gezondheidsproblemen en kost hem tevens tijd en geld.
4.3
Op de standpunten van partijen wordt in het navolgende ingegaan.

5..De beoordeling

in conventie

5.1
Partijen zijn het erover eens dat [gedaagde] de posten van de apothekerskosten van 4 en 7 oktober en 22 november 2019 heeft voldaan. Tussen partijen zijn de kosten die zijn gedeclareerd door het [naam] in geschil.
5.2
[gedaagde] stelt zich op het standpunt dat AnderZorg zich niet dient te mengen in zijn tandartskosten, omdat [gedaagde] slechts een basisverzekering heeft bij AnderZorg. Bovendien stelt [gedaagde] dat hij juist heeft aangedrongen op het tegenovergestelde, namelijk dat AnderZorg onder geen beding de tandartskosten zou voldoen en dat dit zo is afgesproken tussen partijen. [gedaagde] legt ter onderbouwing daarvan e-mails uit 2014 over.
5.3
AnderZorg betwist dat tussen partijen is afgesproken dat AnderZorg geen tandartsnota’s betaalt. AnderZorg wijst erop AnderZorg in de e-mails van 2014 heeft aangegeven dat zij geen blokkade kan instellen op inkomende nota’s om te controleren of sprake is van een aanvullende verzekering waar deze nota onder zou kunnen vallen. Ook is het niet mogelijk voor AnderZorg om de nota’s van de tandarts van [gedaagde] eruit te halen, omdat deze digitaal binnenkomen en automatisch worden verwerkt, aldus nog steeds AnderZorg.
5.4
AnderZorg betwist weliswaar dat er een afspraak is, maar zij betwist niet de e-mailcorrespondentie uit 2014 die [gedaagde] heeft overgelegd. Daaruit volgt dat partijen in ieder geval eerder in contact zijn geweest over het betalen van tandartsrekeningen door AnderZorg.
5.5
AnderZorg had anders dan zij stelt dus wel degelijk reden om te twijfelen aan de ingediende declaraties van de tandarts. Het had dan ook op de weg van AnderZorg gelegen om – gelet op de correspondentie uit 2014 – de betaalbaarstelling van deze declaraties te controleren bij [gedaagde] . Wanneer dit systeemtechnisch niet mogelijk is, zoals AnderZorg heeft gesteld en ook in de e-mail van 2014 aan [gedaagde] kenbaar heeft gemaakt, dan dient zij nadat [gedaagde] hierover contact opneemt wel haar handeling te corrigeren. AnderZorg schreef in 2014 immers aan [gedaagde] dat zij wel voor de correctie kan zorgen als een nota al is verwerkt. Dat AnderZorg dit heeft nagelaten kan niet aan [gedaagde] worden tegengeworpen. De vordering wordt dan ook afgewezen.
5.6
AnderZorg zal in conventie als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van [gedaagde] worden veroordeeld. Aangezien [gedaagde] zich niet heeft laten bijstaan door een gemachtigde en hij ook geen griffierecht is verschuldigd, worden de proceskosten aan de zijde van [gedaagde] begroot op nihil.
in reconventie
5.7
[gedaagde] vordert een bedrag van € 500,- vanwege smaad en smart. AnderZorg betwist dat van smaad en smart sprake is.
5.8
[gedaagde] heeft niet onderbouwd waarom volgens hem sprake is van lichamelijk letsel, dat hij in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. [gedaagde] heeft niet onderbouwd welk letsel hij door het handelen van AnderZorg heeft opgelopen. Het enkel vervelend vinden dat AnderZorg [gedaagde] aanschrijft over een betalingsachterstand en hiervoor een procedure aanhangig maakt, is onvoldoende om te oordelen dat er sprake is van smart. Ook heeft [gedaagde] niet onderbouwd wanneer en op welke wijze AnderZorg hem precies in zijn eer of goede naam heeft geschaad, zodat ook van smaad geen sprake is. Gelet op het voorgaande wordt de vordering als onvoldoende onderbouwd afgewezen.
5.9
[gedaagde] zal in reconventie als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld (2 punten à € 75,-).

6..De beslissing

De kantonrechter
:
in conventie
wijst de vordering af;
veroordeelt AnderZorg in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van [gedaagde] vastgesteld op nihil;
in reconventie
wijst de vordering af;
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van AnderZorg vastgesteld op € 150,- aan salaris voor de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.A.F.M. Wouters en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
41645