In deze zaak, die zich afspeelt na een ongeval op 28 december 2015 waarbij verzoekster van haar paard viel, heeft de rechtbank Rotterdam op 25 januari 2021 een beschikking gegeven in een deelgeschil. Verzoekster, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. N.M. van Gorkum, verzoekt de rechtbank om vast te stellen dat verweerders, waaronder Univé Schade N.V., aansprakelijk zijn voor de schade die zij heeft geleden als gevolg van het ongeval. De rechtbank oordeelt dat er nadere bewijslevering nodig is om de toedracht van het ongeval vast te stellen, en wijst het verzoek tot aansprakelijkheid af. Tevens wordt een voorlopig getuigenverhoor gelast om de relevante feiten te kunnen vaststellen. De rechtbank benoemt mr. G.A. Vriezen tot rechter-commissaris voor dit getuigenverhoor. De rechtbank concludeert dat de bijdrage van de verzochte beslissing aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst op dit moment niet opweegt tegen de kosten en het tijdsverloop van de procedure. Het verzoek tot het gelasten van een voorlopig getuigenverhoor wordt toegewezen, waarbij de getuigen [verzoekster], [persoon A], [persoon B], [verweerder 1] en [verweerder 2] zullen worden gehoord.