Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 impliciet primair en onder 3 primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 22 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en de bijzondere voorwaarden zoals de reclassering heeft geadviseerd in het rapport van 14 april 2021;
- als extra bijzondere voorwaarde een contactverbod met de medeverdachte, [naam medeverdachte] (geboren [geboortedatum medeverdachte] te [geboorteplaats medeverdachte] );
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/248939-19;
- niet-ontvankelijkheid openbaar ministerie in de vordering tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/124992-18;
- niet-ontvankelijkheid openbaar ministerie in de vordering tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 01/142601-19.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vorderingen benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
- € 7,50 voor het aanschaffen van een nieuwe pinpas;
- € 415,00 gemaakte kosten voor de iPhone X;
- € 350,00 voor de iPhone 8;
- € 25,00 voor de iPhone oplader.
9..Vordering tenuitvoerlegging
Vonnissen waarvan tenuitvoerlegging wordt gevorderd
10..Toepasselijke wettelijke voorschriften
11..Bijlagen
12..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 21 (eenentwintig) maanden,
6 (zes) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
2 (twee) jaar;
€ 432,50 (zegge: vierhonderdtweeëndertig euro en vijftig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 13 november 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam slachtoffer 2] te betalen
€ 432,50(hoofdsom,
zegge: vierhonderdtweeëndertig euro en vijftig cent),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 november 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien betaling uitblijft
gijzelingkan worden toegepast voor maximaal
8 dagen; de toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
tenuitvoerleggingvan het voorwaardelijk gedeelte, groot 90 dagen, van de bij vonnis van 11 februari 2020 van de meervoudige kamer van deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde jeugddetentie; bepaalt dat deze jeugddetentie wordt vervangen door gevangenisstraf;