Op 18 mei 2021 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking uitgesproken inzake de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarigen [naam kind 1] en [naam kind 2]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om een ondertoezichtstelling voor de duur van twaalf maanden en een machtiging tot uithuisplaatsing in een pleegzorgvoorziening voor negen maanden. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de kinderen ernstig in hun ontwikkeling worden bedreigd door de onveilige thuissituatie en de psychische instabiliteit van de moeder. De moeder is niet in staat om aan te sluiten bij de behoeften van de kinderen en erkent de problemen niet. De kinderrechter heeft daarom besloten om de kinderen onder toezicht te stellen en de machtiging tot uithuisplaatsing te verlenen, met als doel de ontwikkeling en veiligheid van de kinderen te waarborgen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en kan binnen drie maanden na de uitspraak in hoger beroep worden aangevochten.