In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 11 juni 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Auto1 European Cars B.V. en een gedaagde, die een auto had verkocht aan Auto1. De gedaagde had de auto op 18 november 2019 verkocht voor € 26.152,00, waarbij zij verklaarde dat de auto ongevalvrij was. Echter, na de verkoop bleek de auto een ernstig schadeverleden te hebben, wat Auto1 niet was medegedeeld. Auto1 heeft de koopovereenkomst op 3 januari 2020 buitengerechtelijk ontbonden en vorderde schadevergoeding van de gedaagde.
De procedure begon met een dagvaarding op 3 juni 2020, gevolgd door verschillende conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde tekort is geschoten in haar verplichtingen door een schadeauto te verkopen zonder dit te vermelden. De rechter oordeelde dat de ontbinding van de overeenkomst rechtsgeldig was en dat de gedaagde aansprakelijk was voor de schade die Auto1 had geleden door het verschil in waarde van de auto.
De kantonrechter heeft de schade vastgesteld op € 11.049,00, dat is het verschil tussen de aankoopprijs en de verkoopprijs van de auto. Daarnaast zijn buitengerechtelijke incassokosten van € 780,10 toegewezen. De gedaagde is veroordeeld tot betaling van in totaal € 11.858,68 aan Auto1, vermeerderd met wettelijke rente. De kosten van de procedure zijn ook voor rekening van de gedaagde. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de gedaagde direct aan de veroordelingen moet voldoen, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.