ECLI:NL:RBROT:2021:4887
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in schietpartij na drugsafspraak; onduidelijkheid over dader
Op 21 mei 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij een schietpartij in een trappenhuis na een afspraak over de aankoop van drugs. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aangevers, [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2], op 17 augustus 2017 vanuit België naar Rotterdam zijn gekomen om verdovende middelen te kopen. Na een afspraak zijn zij in een auto gestapt met de verdachte en een onbekende man. In het trappenhuis van een appartementencomplex is [naam slachtoffer 1] beschoten en zwaargewond geraakt.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs is om vast te stellen wie het slachtoffer heeft beschoten. De verklaringen van de verdachte en [naam slachtoffer 2] staan lijnrecht tegenover elkaar, en er is onvoldoende steunbewijs voor hun verklaringen. Hierdoor kan niet worden vastgesteld dat de verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, waaronder het voorhanden hebben van een vuurwapen en het plegen van geweld.
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van alle ten laste gelegde feiten, en de rechtbank heeft deze vordering gevolgd. De verdachte is vrijgesproken van alle beschuldigingen, en de benadeelde partij is niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot schadevergoeding, aangezien de verdachte is vrijgesproken. De rechtbank heeft ook de kosten van de benadeelde partij op nihil vastgesteld.