Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[persoon C],
1..De procedure
- het tussenvonnis van 9 september 2020 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- het proces-verbaal van voortzetting van de comparitie op 14 januari 2021;
- de ter comparitie overgelegde en voorgedragen spreekaantekeningen van mr. Utens en van mr. Graal.
2..De verdere beoordeling
tegenprestatiehet verwerven van 50% van de aandelen na 1 januari 2014. Tegen deze achtergrond moet het ervoor worden gehouden dat, anders dan [bedrijf A] stelt, 50% financiering van de aandelen c.q. van de eigen inbreng wel degelijk gelden als voorwaarden voor succesvol inroepen van de optie tot koop van de aandelen. Dat dit in artikel 4.1 van de aandeelhoudersovereenkomst niet met zoveel woorden staat, maakt dit niet anders omdat - als overwogen - dat beding in samenhang met de verdere inhoud van de aandeelhoudersovereenkomst en die van de geldleningsovereenkomst moet worden uitgelegd.