Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
3..Het geschil
4..De beoordeling
e-mail van 2 oktober 2020 een brief van Stichting Woonstad d.d. 1 oktober 2020 overgelegd, waarin staat vermeld dat er geen betalingsverplichtingen meer openstaan in de administratie, maar dat is, in het licht van het voorgaande, ontoereikend. Daar komt bij dat Stichting Woonstad genoegzaam heeft aangetoond dat deze zin abusievelijk in de brief is opgenomen omdat de brief via het geautomatiseerde systeem is verzonden, zulks in verband met de beëindiging van de huurovereenkomst per 3 september 2020. Het verweer van [gedaagde] zal worden verworpen. De vordering van Stichting Woonstad zal dan ook worden toegewezen en [gedaagde] zal worden veroordeeld om een bedrag van € 6.475,12 aan Stichting Woonstad te betalen.
5..De beslissing
: