Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
Grenkefinance N.V.,
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
3..Het geschil
4..De beoordeling
overname overeenkomst
5..De beslissing
:
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft Grenkefinance N.V. een vordering ingesteld tegen [gedaagde] met betrekking tot de ontbinding van een operational leaseovereenkomst. De overeenkomst, gesloten op of omstreeks 10 mei 2019, betrof de leasing van een Whirlpool Professional vaatwasser en een glazenspoelmachine. [gedaagde], die als directeur en enig aandeelhouder van [naam bedrijf] fungeerde, heeft de verplichtingen uit de overeenkomst niet nagekomen, wat leidde tot een betalingsachterstand. Grenkefinance heeft de overeenkomst op 19 september 2019 ontbonden en vordert nu betaling van de achterstallige termijnen, buitengerechtelijke kosten, rente en een contractuele boete.
De procedure begon met een dagvaarding op 4 januari 2021, gevolgd door een mondelinge behandeling op 3 maart 2021. Tijdens de zitting heeft [gedaagde] erkend dat hij de overeenkomst heeft overgenomen, maar betwistte de hoogte van de vordering en de ontbinding van de overeenkomst. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Grenkefinance rechtsgeldig de overeenkomst heeft ontbonden en dat [gedaagde] gehouden is aan de betalingsverplichtingen. De kantonrechter heeft de vordering van Grenkefinance grotendeels toegewezen, inclusief de betaling van € 8.848,67, de afgifte van de leaseobjecten en de proceskosten.
De beslissing van de kantonrechter is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat [gedaagde] onmiddellijk aan de veroordelingen moet voldoen, ook als hij in hoger beroep gaat tegen dit vonnis.