ECLI:NL:RBROT:2021:4097
Rechtbank Rotterdam
- Wraking
- A.A. Kalk
- J. van den Bos
- E.A. Vroom
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de rechtbank Rotterdam op 31 maart 2021 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door een verzoeker, vertegenwoordigd door mr. A. Bakker. Het verzoek tot wraking was gericht tegen mr. G.C.W. van der Feltz, rechter-plaatsvervanger in een bestuursrechtelijke procedure. De wraking vond plaats naar aanleiding van een zitting op 22 maart 2021, waar de verzoeker en zijn gemachtigde via een telefoonverbinding deelnamen. Tijdens deze zitting werd de gemachtigde van verzoeker herhaaldelijk onderbroken door de rechter, wat leidde tot een escalatie van de situatie. De verzoeker stelde dat de rechter niet onpartijdig was en dat zijn stemverheffing als intimiderend werd ervaren.
De rechtbank heeft het procesverloop en de argumenten van beide partijen zorgvuldig beoordeeld. De wrakingskamer oordeelde dat de rechter zijn regie tijdens de zitting op een juiste manier voerde en dat er geen objectieve aanwijzingen waren voor een gebrek aan onpartijdigheid. De rechtbank benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De wrakingskamer concludeerde dat de omstandigheden die door de verzoeker waren aangevoerd, niet voldoende waren om te concluderen dat de rechter vooringenomen was.
Uiteindelijk werd het verzoek tot wraking afgewezen, waarbij de rechtbank ook opmerkte dat de communicatie via de telefoonverbinding mogelijk heeft bijgedragen aan de escalatie van de situatie. De beslissing werd openbaar uitgesproken door de voorzitter en de andere rechters in de zaak.