ECLI:NL:RBROT:2021:4039

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
11 februari 2021
Publicatiedatum
6 mei 2021
Zaaknummer
C/10/612300 / FA RK 21-731
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam

Op 11 februari 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam een zorgmachtiging verleend aan betrokkene, die lijdt aan schizofrenie. De officier van justitie had op 28 januari 2021 een verzoek ingediend voor een aansluitende zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden. De rechtbank oordeelde dat betrokkene, die op dat moment verbleef bij Yulius in Gorinchem, zorg nodig had om ernstig nadeel af te wenden en haar geestelijke gezondheid te stabiliseren. Tijdens de mondelinge behandeling werd betrokkene gehoord, samen met haar advocaat en de officier van justitie. De rechtbank concludeerde dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis waren, aangezien betrokkene onvoldoende bereid was om behandeling of zorg te accepteren. De rechtbank verleende de zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden, met ingang van de datum van de beschikking. De rechtbank achtte de voorgestelde verplichte zorg noodzakelijk en evenredig, en stelde dat de zorgmachtiging tot en met 11 februari 2022 geldig is.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/612300 / FA RK 21-731
Referentienummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 11 februari 2021 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] te [geboorteplaats betrokkene],
hierna: betrokkene,
wonende en thans verblijvende bij Yulius, locatie Wijnkoperstraat te Gorinchem,
advocaat mr. A. van Toorn te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 28 januari 2021.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring opgesteld door [naam 1], psychiater, van 21 januari 2021;
  • de zorgkaart van 25 januari 2021;
  • het zorgplan van 15 december 2020;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
  • de relevante strafvorderlijke- en justitiële gegevens van betrokkene;
  • het bericht dat er geen relevante politiegegevens van betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 11 februari 2021.Bij die gelegenheid zijn (overeenkomstig artikel 2 lid 1 van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid) via beeld- en geluidverbinding gehoord:
  • betrokkene met haar hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam 2], de officier;
  • [naam 3], verpleegkundige specialist, verbonden aan Yulius.

2..Beoordeling

2.1.
Bij beschikking van 4 september 2020 heeft de rechtbank een zorgmachtiging verleend tot 4 maart 2021. Op 28 januari 2021 heeft de officier een verzoek ingediend voor een aansluitende zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden
2.2.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten schizofrenie.
2.3.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van haar psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op ernstig lichamelijk letsel, ernstige psychische schade, ernstige financiële schade, ernstige verwaarlozing, maatschappelijke teloorgang, de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. Betrokkene heeft last van paranoïde wanen en er is sprake van gedesorganiseerd denken. In het verleden is duidelijk geworden dat betrokkene moeilijk voor zichzelf kan zorgen, hetgeen eerder heeft geleid tot forse zelfverwaarlozing. Betrokkene heeft zes maanden zonder water en drie maanden zonder elektriciteit in haar woning gewoond. Volgens omwonende zorgde betrokkene voor veel overlast in de woonomgeving, waarbij betrokkene regelmatig schreeuwde, tegen deuren trapte, met hamers op de muren sloeg en haar huisraad naar beneden gooide. Door de medicamenteuze behandeling zijn de psychotische klachten van betrokkene grotendeels in remissie. De behandelaar geeft tijdens de mondelinge behandeling aan dat zij tevreden is over de samenwerking met betrokkene. Momenteel wordt er gezocht naar een eigen woning voor betrokkene, waarna betrokkene ambulante zorg zal ontvangen. De behandelaren zullen haar helpen met een geleidelijke overgang van de accommodatie naar haar eigen woning.
2.4.
Om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren en de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat betrokkene haar autonomie zoveel mogelijk herwint heeft betrokkene zorg nodig.
2.5.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn.
Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg op vrijwillige basis te accepteren. Betrokkene heeft in het verleden persisterend enige vorm van zorg afgehouden. Momenteel neemt betrokkene de medicatie alleen in omdat het moet en ze staat niet achter de aanvraag van de zorgmachtiging. Betrokkene vertoont beperkt tot geen ziektebesef. Ook wil ze straks meteen in haar eigen huis trekken en niet meewerken aan een overgang naar zelfstandig wonen. Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
  • het toedienen van medicatie ter behandeling van een psychische stoornis;
  • het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten. Betrokkene moet ambulante behandelcontacten toestaan;
  • het opnemen in een accommodatie, tot betrokkene in haar eigen huis kan gaan wonen.
De overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg, te weten het toedienen van vocht, het toedienen van voeding, de medische controles of andere medische handelingen en het beperken van de bewegingsvrijheid worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet is gemotiveerd en de behandelaar tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden. Betrokkene verblijft op een open afdeling waardoor het beperken van de bewegingsvrijheid niet noodzakelijk is.
2.6.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.7.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van twaalf maanden met ingang van vandaag. Hopelijk is er ruim voor die datum een huis voor betrokkene beschikbaar zodat de opname van korte duur is.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.5. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 11 februari 2022.
Deze beschikking is op 11 februari 2021 mondeling gegeven door mr. A. Buizer, rechter, in tegenwoordigheid van M.M.P.H. van den Boomen, griffier, en op 15 februari 2021 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.