Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit;
- (primair)veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 jaren met aftrek van voorarrest, alsmede ter beschikkingstelling van de verdachte met bevel tot verpleging van overheidswege;
- (subsidiair)veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren en 6 maanden met aftrek van voorarrest.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feit
de rechtbank begrijpt ontslag van alle rechtsvervolging], nu hij heeft gehandeld uit noodweer.
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf en maatregel
8..Vordering benadeelde partij/ schadevergoedingsmaatregel
- geldkluisje met inhoud: € 74,95;
- messen (2 stuks): € 3,00,
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 162 dagen;
van overheidswege wordt verpleegd;
€ 960,34 (zegge: negenhonderdzestig euro en vierendertig cent), bestaande uit € 110,34 aan materiële schade en € 850,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 18 oktober 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam slachtoffer] te betalen
€ 960,34(hoofdsom,
zegge: negenhonderdzestig euro en vierendertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 18 oktober 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 960,34 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
19 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;