In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam, is op 16 april 2021 een vonnis uitgesproken in een WOZ-zitting. De eiseres, Direct Pay Services B.V., heeft haar vordering tot betaling van proceskosten bijna volledig ingetrokken, rekening houdend met de omstandigheden van het geval. De eiseres, als rechtsopvolger van Greenchoice B.V., vorderde een bedrag van € 500,00 van de gedaagde, die in gebreke was gebleven met de betaling van een openstaande factuur van € 554,55. De gedaagde heeft tijdens de mondelinge behandeling aangegeven dat zij de factuur had gestorneerd en dat zij in financiële problemen verkeerde, waardoor zij niet in staat was om het volledige bedrag in één keer te betalen. De kantonrechter heeft de vordering van Direct Pay Services in beginsel toewijsbaar geacht, inclusief de buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente. De kantonrechter heeft de gedaagde veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 650,00, waarbij rekening is gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de gedaagde. De kantonrechter heeft de gedaagde aangemoedigd om een betalingsregeling te treffen met de gemachtigde van Direct Pay Services, wat door de gemachtigde werd ondersteund.