5.3.Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 en 3 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1.
hij in de periode van 28 mei 2019 tot 1 oktober 2020 te Rotterdam en Berkel en Rodenrijs, althans elders in Nederland als ambtenaar, hoofdagent bij de eenheid Rotterdam, een gift , te weten een geldbedrag, heeft aangenomen, wetende dat, deze hem verdachte, werd gedaan teneinde hem te bewegen om in zijn bediening iets te doen en
een gift heeft gevraagd teneinde hem, verdachte te bewegen om in zijn bediening iets te doen, immers heeft hij, verdachte, vertrouwelijke informatie uit politiesystemen, met betrekking tot:
- Op 28 mei 2019 kentekengegevens [kentekennummer 1] op naam van [naam medeverdachte]
;
- Op 28 mei 2019 aandachtsvestiging [nummer proces-verbaal] auto met kenteken [kentekennummer 2] op naam van gerelateerd aan [naam medeverdachte]
;
- Op 14 december 2019 tussen 18:31 uur en 18:33 uur [adres] te Rotterdam, adres van [naam medeverdachte]
;
- Op 14 december 2019 persoon met nummer [nummer 1] ( [naam medeverdachte] ) en een BVH registratie met nummer [nummer 2]
;
- Op 13 mei 2020 te 21:32 uur kenteken [kentekennummer 3] ( [naam persoon 5] )
;
- omstreeks 13 mei 2020 registraties van [naam persoon 6] [geboortedatum] aan een of meer onbevoegde derden doorgegeven.
3.
hij in de periode van 4 maart 2019 tot 22 mei 2020 te Rotterdam en Berkel en Rodenrijs, althans elders in Nederland, telkens geheimen, waarvan hij, verdachte, wist dat hij uit hoofde van ambt, te weten als politieambtenaar bij de Politie Eenheid Rotterdam, verplicht was te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, immers heeft hij, verdachte, meermalen de uitkomsten van malafide raadplegingen die niet relevant waren voor de uitoefening van zijn werkzaamheden voor de Nationale Politie, verstrekt aan particuliere derden, althans aangewend voor privégebruik
,te weten informatie met betrekking tot:
- een fraudezaak waar [naam persoon 1] bij betrokken is, 4 maart 2019
;
- [naam medeverdachte] , o.a. dat zij TCI-subject is, december 2019
;
- [naam persoon 7] , 18 mei 2020
;
- een mishandelingszaak ( [nummer 3] ) waar [naam persoon 2] bij betrokken is, 22 mei 2020.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.