ECLI:NL:RBROT:2021:3875
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van zorgpremies en verjaring van de schuld
In deze zaak heeft Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. (hierna: Zilveren Kruis) een vordering ingesteld tegen [gedaagde] voor het betalen van openstaande zorgpremies over de maanden april tot en met juli 2007. De kantonrechter te Rotterdam heeft op 30 april 2021 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij de vordering van Zilveren Kruis niet is verjaard. Zilveren Kruis heeft gesteld dat [gedaagde] in gebreke is gebleven met de betaling van de zorgpremie en heeft hem bij herhaalde aanmaningen gemaand tot betaling. [gedaagde] heeft de vordering betwist en aangevoerd dat de vordering verjaard is, omdat het om een oude schuld gaat. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de aanmaningen van Zilveren Kruis kwalificeren als stuitingsbrieven, waardoor de verjaringstermijn is gestuit. Hierdoor is de vordering van Zilveren Kruis nog steeds geldig.
De kantonrechter heeft verder overwogen dat [gedaagde] een aanzienlijke achterstand had in zijn premiebetalingen en dat er een bedrag van € 306,40 aan hoofdsom nog openstaat. De kantonrechter heeft echter geen grond gezien om de gevorderde rente en buitengerechtelijke incassokosten toe te wijzen, omdat deze kosten al eerder door [gedaagde] voldaan zouden zijn. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De beslissing van de kantonrechter is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde is afgewezen.