Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 12 maart 2021, met 19 producties;
- het e-mailbericht van mr. Haverkort van 17 maart 2021, met 11 producties;
- de aanvullende producties van de zijde van Roscaff c.s.;
- de mondelinge behandeling gehouden via Skype op 18 maart 2021;
- de pleitnota van Roscaff c.s. met daarin een wijziging van eis;
- de pleitnota en spreekaantekeningen van Brand.
2..De feiten
- Annex: iedere bijlage die integraal onderdeel is van de Overeenkomst
- Code of Conduct: lijst van gedragsregels door Inlener opgesteld, geldend voor medewerkers van Inlener én derden die voor of namens Inlener werken. (…)
- Inlener: BRAND (...)
- Mantelovereenkomst: de Overeenkomst op basis waarvan goederen en/of diensten tegen vooraf vastgestelde prijzen en condities naar behoefte door BRAND kunnen worden afgeroepen.
- Order: iedere opdracht van Inlener tot levering en beschikbaarstelling van Werknemer(s).
- Overeenkomst: deze Mantelovereenkomst inclusief haar Annexen die tussen BRAND en de leverancier tot stand komt en voorts iedere Overeenkomst die daaruit voortvloeit, elke wijziging daarvan of aanvulling daarop, alsmede alle daarmee verband houdende (rechts)handelingen al dan niet ter voorbereiding of uitvoering daarvan. (…)
- Uitlener: iedere rechtspersoon met wie BRAND een Overeenkomst aangaat of onderhandelt over de totstandkoming van een Overeenkomst.
- Werknemer(s): de perso(o)n(en) die met Uitlener een arbeidsovereenkomst heeft/hebben en door Uitlener aan Inlener ter beschikking wordt/worden gesteld voor uitvoering van werkzaamheden, welke onder leiding en toezicht van Inlener worden uitgevoerd.
- De Overeenkomst bevat geen winst- en/of omzetgarantie voor Uitlener.
- Aan de Overeenkomst kan door Uitlener geen exclusiviteit worden ontleend.
- Het overstappen van een Werknemer van een andere door Inlener gecontracteerde Uitlener naar Uitlener, waarbij Uitlener die Werknemer wil inzetten ten behoeve van Inlener, is slechts toegestaan na 6 (zegge: zes) maanden vanaf de laatste werkdag of na schriftelijke toestemming van de afdeling Flex Labour van Inlener en de betrokken Uitleners. Deze schriftelijke toestemming wordt alleen verleend na ontvangst van een nieuwe werkgeversverklaring/projectovereenkomst met een correcte verwerking van het arbeidsverleden op basis van het opvolgend werkgeverschap, gelezen begrepen en ondertekend door de Uitlener en Werknemer indien er geen kostenverhoging voor BRAND op treedt.
- Uitlener niet voldoet aan eisen en bepalingen gesteld in deze Overeenkomst of bijbehorende Annexen.
- Uitlener zich in een situatie bevindt van (een aanvraag tot voorlopige) surseance van betaling, (een aanvraag tot) faillissement, toepassing van de schuldsaneringsregeling of stillegging of liquidatie.
- Uitlener wordt overgenomen of enige daarmee vergelijkebare toestand treedt in, voor zover deze omstandigheden naar het oordeel van Inlener een aanmerkelijke verzwaring van haar risico’s met zich meebrengt.
- Er vermoeden bestaat dat Uitlener onrechtmatig en/of frauduleus handelt.
- BrandSafway vertegenwoordigen in zaken waarin u een persoonlijk of financieel belang hebt;
- Zaken gunnen aan leveranciers waarin u of naaste familieleden een persoonlijk of financieel belang hebben, anders dan een investering van minder dan 1% in een naamloze vennootschap;
- Streven naar persoonlijke voordelen of geschenken waardoor uw zakelijke oordeel over klanten, aannemers of leveranciers zou kunnen worden beïnvloed, of namens hen werken;
- Misbruik van bedrijfsmiddelen van BrandSafway, uw positie of invloed voor ongepast persoonlijk voordeel of om uw externe activiteiten of belangen te promoten;
- Concurreren met of werken ten behoeve van een concurrent van BrandSafway;
- Handel met voorkennis; of
- Andere omstandigheden waarin uw persoonlijke belangen zouden kunnen afwijken van de belangen van BrandSafway.
- Ze zijn in overeenstemming met de geaccepteerde zakelijke praktijk van BrandSafway en zijn naar behoren vastgelegd in de boeken en dossiers van het bedrijf;
- Ze zijn van voldoende beperkte waarde en in een vorm die niet zal worden opgevat als omkoping of steekpenningen;
- Ze zijn niet in strijd met de toepasselijke lokale wetgeving of algemeen aanvaarde ethische of sociale normen; en
- Openbaarmaking van de feiten, waaronder de identiteit van de ontvanger, zal er niet toe leiden dat BrandSafway of de ontvanger in verlegenheid worden gebracht.
3..Het geschil
Primair:Brand te gelasten:
- de mantelovereenkomst met nr. 2020701.0, gesloten met Roscaff c.s., onverkort en volledig na te komen;
- alle als in deze mantelovereenkomst bedoelde orders, aan hen verstrekt, na te komen c.q. voor te (blijven) zetten, derhalve niet (tussentijds) te beëindigen,
- alle uit de mantelovereenkomsten en/of orders voortvloeiende verbintenissen onverkort na te leven;
Subsidiair:Brand te gelasten:
- ter zake de opzegging c.q. beëindiging van de mantelovereenkomsten en de daaronder thans nog lopende orders, inclusief de reeds op of na 2 maart 2021 geëindigde orders, een opzeg- c.q. beëindigingstermijn van 12 kalendermaanden in acht te nemen, althans een in goede justitie te bepalen beëindigingstermijn;
- alle uit de mantelovereenkomsten en/of orders voortvloeiende verplichtingen, onverkort na te leven tot de (rechtsgeldige) einddatum van de mantelovereenkomsten en/of orders;
Meer subsidiair:Brand te veroordelen tot:
Nog meer subsidiair:een of meerdere voorziening(en) te geven die recht doen aan de spoedeisende belangen van Roscaff c.s..
Primair:Brand te verbieden:
Subsidiair:een of meerdere andere voorziening(en) te geven opdat werknemers, thans in loondienst van Roscaff c.s. op basis van een arbeids- of uitzendovereenkomst, niet door Brand worden geronseld, dan wel anderszins worden bewogen hun dienstverband met Roscaff c.s. te (doen) beëindigen, direct of indirect, teneinde werkzaamheden voor Brand en/of een daaraan gelieerde rechtspersoon te verrichten, zonder tussenkomst van Roscaff c.s.
4..De beoordeling
Het spoedeisend belang
conflict. Gelet op het uit de Code of Conduct kenbare belang van Brand om iedere vorm van belangenverstrengeling te voorkomen is dit op zichzelf niet bepalend. Wat daar overigens ook van zij, nu [naam 2] als bestuurder van Roscaff c.s. in vergaande mate zakelijk verbonden was met [naam 1] , met wie zij klaarblijkelijk ook contacten onderhield over de inzet en facturatie van uitzendkrachten van Roscaff c.s., is de voorzieningenrechter op voorhand van oordeel dat Brand in redelijkheid kan hebben gemeend dat wel degelijk sprake is geweest van belangenconflicten.
€ 1.016,00