ECLI:NL:RBROT:2021:3540

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 april 2021
Publicatiedatum
21 april 2021
Zaaknummer
8921421 CV EXPL 20-45338
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgovereenkomst en Cessie in Civiel Recht: Vordering en Verweer tussen Infomedics B.V. en [persoon A]

In deze zaak, behandeld door de kantonrechter te Rotterdam, heeft Infomedics B.V. een vordering ingesteld tegen [persoon A] voor betaling van een bedrag van € 201,33, voortvloeiend uit een zorgovereenkomst. De vordering is gebaseerd op een cessie van een vordering van Hallux van Beek en de Kok B.V. op [persoon A] voor geleverde zorg. [persoon A] heeft de factuur van Infomedics betwist, stellende dat de geleverde zorg niet naar behoren was en dat zij hierdoor schade heeft geleden. De procedure begon met een dagvaarding op 17 november 2020, gevolgd door verschillende conclusies en een mondelinge behandeling op 15 maart 2021.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat [persoon A] op consult is geweest bij Hallux en dat de kosten van deze consulten zijn gecedeerd aan Infomedics. Ondanks de klachten van [persoon A] over de steunzolen, oordeelde de kantonrechter dat zij niet voldoende bewijs heeft geleverd dat Hallux een fout heeft gemaakt. De kantonrechter wees de vordering van Infomedics toe, inclusief wettelijke rente, en verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad. De vordering in reconventie van [persoon A] werd afgewezen, omdat er onvoldoende bewijs was dat de podotherapeut een juridische fout had gemaakt.

De beslissing van de kantonrechter houdt in dat [persoon A] moet betalen aan Infomedics, en dat zij ook de proceskosten moet vergoeden. Dit vonnis is uitgesproken door mr. M. Fiege op 23 april 2021.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 8921421 CV EXPL 20-45338
uitspraak: 23 april 2021
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid,
Infomedics B.V.,mede handelend onder de namen Infomedics Factoring, UwNota.nl, DFA Services en Infomedics DFA,
gevestigd te Almere,
eiseres in conventie,
gedaagde in reconventie
gemachtigde: Bosveld Incasso en Gerechtsdeurwaarders,
tegen:
[persoon A] ,
wonende te [woonplaats A] ,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
gemachtigde: J.S. Besems,
Partijen worden hierna aangeduid als ‘Infomedics’ en ‘ [persoon A] ’.

1..Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
de dagvaarding van 17 november 2020;
de conclusie van antwoord in conventie tevens conclusie van eis in reconventie;
de conclusie van antwoord in reconventie;
het tussenvonnis van 4 januari 2021 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
de aantekening dat de mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 15 maart 2021;
de overgelegde producties.
Het vonnis is bepaald op heden.

2..De vaststaande feiten

Als enerzijds gesteld en anderzijds niet weersproken, staat het volgende tussen partijen vast.
2.1
Op 26 september 2019 en 29 april 2020 is [persoon A] op consult geweest bij een podotherapeut, werkzaam bij Hallux van Beek en de Kok B.V. (hierna: ‘Hallux’) om haar steunzolen te laten controleren in verband met rugklachten. De kosten van deze consulten, inclusief een paar nieuwe steunzolen, bedroegen € 295,-.
2.2
Hallux heeft haar vordering op [persoon A] gecedeerd aan Infomedics. Infomedics heeft daarop een factuur aan [persoon A] gezonden ten bedrage van € 295,-.
2.3
[persoon A] heeft op 23 juni 2020 bezwaar ingediend tegen bovenvermelde factuur, omdat zij – ook na het tweede consult met aanpassingen aan de steunzolen – last ondervond van de door Hallux aangemeten steunzolen. [persoon A] heeft de steunzolen geretourneerd met de mededeling dat zij geen gebruik meer wenst te maken van de diensten van Hallux.
2.4
Infomedics heeft op 22 juli 2020 medegedeeld dat zij bij [persoon A] uitsluitend het gedane onderzoek en de nacontrole in rekening brengt. Op het totaalbedrag is een bedrag van € 135,- gecrediteerd, waardoor het totaalbedrag van de factuur € 160,- bedraagt.
2.5
[persoon A] heeft Infomedics tot op heden niet betaald.

3..De vordering en het verweer in conventie

3.1
Infomedics vordert dat [persoon A] bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 201,33, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 10 november 2020 tot aan de dag van algehele voldoening, met veroordeling van [persoon A] in de proceskosten.
3.2
Infomedics legt aan haar vordering tot betaling nakoming van een verbintenis uit de overeenkomst ten grondslag. [persoon A] heeft medische ondersteuning van Hallux, genoten. Zij dient Infomedics voor deze behandeling te betalen, omdat Hallux haar vordering op [persoon A] aan Infomedics heeft overgedragen.
3.3
[persoon A] voert als verweer dat Hallux haar diensten niet goed heeft uitgevoerd. Door het maken van niet passende steunzolen heeft [persoon A] ernstige rugklachten gekregen.

4..De vordering en het verweer in reconventie

4.1
[persoon A] vordert dat Infomedics bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 1.085,-, met veroordeling van Infomedics in de proceskosten.
4.2
[persoon A] legt aan haar vordering tot betaling een tekortkoming in de nakoming van een verbintenis ten grondslag. [persoon A] heeft ten gevolge van ondeugdelijke steunzolen van Hallux een week haar bedrijf, [naam bedrijf] , moeten sluiten. Hierdoor heeft zij schade geleden, die in een lump sum is samen te vatten en in omvang te beperken tot € 1.000,-. Dit bedrag dient te worden vermeerderd met € 85,- aan kosten voor haar gemachtigde.
4.3
Infomedics heeft verweer gevoerd. Daarop zal – voor zover van belang – hierna worden ingegaan.

5..De beoordeling in conventie en in reconventie

5.1
Omdat de vordering in conventie en de vordering in reconventie verband met elkaar houden, zullen deze samen besproken worden.
5.2
Tussen partijen is in conventie in geschil of [persoon A] het openstaande bedrag voor het door Hallux gedane onderzoek en nacontrole aan Infomedics moet betalen.
5.3
[persoon A] betwist niet dat zij op 26 september 2019 en 29 april 2020 op consult is geweest bij Hallux ten behoeve van een podotherapeutisch onderzoek, waarbij Hallux op 26 september 2019 steunzolen heeft aangemeten, hierna de steunzolen heeft gemaakt en deze op 30 december 2010 heeft afgeleverd. Verder staat vast dat er op 29 april 2020 een nacontrole heeft plaatsgevonden met aanpassingen aan de steunzolen. Dit betekent dat [persoon A] in beginsel een vergoeding voor deze werkzaamheden verschuldigd is aan Hallux. [1]
5.4
[persoon A] stelt dat zij niet hoeft te betalen, omdat Hallux het werk niet goed heeft gedaan. De kantonrechter is het niet met haar eens. Hallux had de plicht de zorg van een goed hulpverlener in acht te nemen. [2] Dit betekent dat de podotherapeut zijn best moest doen om de steunzolen zo te maken dat de rugklachten van [persoon A] zouden verminderen of verdwijnen. Het enkele feit dat de rugklachten verergerden, betekent echter niet dat de podotherapeut geen goed onderzoek heeft gedaan, zoals [persoon A] stelt. Bij steunzolen is een goed resultaat niet altijd zeker. Verder moet in de praktijk blijken in hoeverre de steunzolen helpen. Dit betekent dat de steunzolen gedragen moeten worden en dat de podotherapeut aan de hand van de ervaringen van de patiënt kan beoordelen of de steunzolen juist zijn en zo niet op welke wijze de steunzolen aangepast moeten worden. [persoon A] heeft aangegeven dat ze de steunzolen slechts vier maal kort heeft gedragen en de podotherapeut slechts één maal de kans heeft gegeven om de steunzolen aan te passen. Hiermee heeft ze de podotherapeut onvoldoende kansen gegeven goed te onderzoeken op welke wijze de steunzolen de klachten van [persoon A] zouden kunnen verhelpen. [persoon A] mocht vanzelfsprekend de keuze maken om de steunzolen niet langer te gebruiken, maar dit betekent niet dat zij Hallux niet hoeft te betalen voor de het werk dat de podotherapeut heeft verricht.
5.5
De schadevergoeding die [persoon A] in reconventie vordert zal worden afgewezen. Een dergelijke vergoeding kan alleen worden toegewezen als vast komt te staan dat de podotherapeut een juridische relevant verwijt kan worden gemaakt. [3] Uit wat hiervoor is overwogen, blijkt dat het feit dat de klachten van [persoon A] na het dragen van de steunzolen zijn verergerd, onvoldoende is om te concluderen dat de podotherapeut een fout heeft gemaakt. Andere feiten zijn door [persoon A] niet gesteld. Het feit dat Hallux de kosten van de steunzolen heeft gecrediteerd, betekent niet dat zij erkent dat er een fout is gemaakt, zoals [persoon A] stelt.
5.6
Het voorgaande betekent dat de door Infomedics gevorderde hoofdsom van € 160,- zal worden toegewezen. De gevorderde wettelijke rente over dit bedrag zal ook worden toegewezen, omdat [persoon A] niet op tijd heeft betaald. De gevorderde rente over een hoger bedrag dan de hoofdsom wordt afgewezen, omdat hiervoor geen juridische basis is.
5.7
Infomedics maakt verder aanspraak op een vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. Voldoende gebleken is dat voldaan is aan de wettelijke vereisten, zodat ook het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten zal worden toegewezen.
5.8
Dit vonnis wordt zoals Infomedics vordert ‘uitvoerbaar bij voorraad’ verklaard. Dit betekent dat [persoon A] aan de veroordelingen moeten voldoen en dat zij de aan Infomedics toegekende vergoeding moet betalen aan Infomedics, ook als in hoger beroep wordt gegaan tegen dit vonnis. Voor zover dit mogelijk zou zijn.
5.9
[persoon A] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld.

6..De beslissing

De kantonrechter
:
in conventie:
veroordeelt [persoon A] aan Infomedics te betalen een bedrag van € 201,33 te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over een bedrag van € 160,- vanaf 10 november 2020 tot aan de dag van algehele voldoening;
veroordeelt [persoon A] in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Infomedics vastgesteld op € 124,- aan griffierecht, € 86,85 aan dagvaardingskosten en € 74,- (2 punten x € 37 per punt) aan salaris voor de gemachtigde;
wijst af het meer of anders gevorderde;
in reconventie:
wijst de vorderingen af;
veroordeelt [persoon A] in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Infomedics vastgesteld op € 124,- (1 punt x € 124,- per punt) aan salaris voor de gemachtigde;
in conventie en in reconventie:
verklaart het vonnis uitvoerbaar bij voorraad voor zover het de veroordelingen betreft.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Fiege en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
44236

Voetnoten

1.Artikel 7:405 lid 1 BW in samenhang met artikel 7:461 BW.
2.Artikel 7:453 BW.
3.Artikel 6:74 BW.