ECLI:NL:RBROT:2021:3338

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 maart 2021
Publicatiedatum
15 april 2021
Zaaknummer
10/993063-18
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd

Op 24 maart 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van het medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd. De verdachte, geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte], werd bijgestaan door haar raadsman, mr. P.A. Visser. De tenlastelegging betrof het opmaken van valse facturen in de periode van 14 oktober 2015 tot en met 30 juni 2016, waarbij de verdachte samen met anderen facturen heeft aangepast en verzonden naar verschillende bedrijven, met als doel om onterecht geldbedragen te ontvangen. De officier van justitie, mr. H.C. Vermaseren, eiste een taakstraf van 80 uren.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het opmaken van valse facturen, waarbij zij het logo en bankrekeningnummer van een schoonmaakbedrijf heeft gewijzigd. Hierdoor zijn debiteuren misleid en hebben zij onterecht bedragen overgemaakt naar de rekening van de verdachte. De rechtbank oordeelde dat de verdachte en haar mededaders wisten dat de geschriften bestemd waren voor gebruik als ware het echt en onvervalst. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 80 uren, met een proeftijd van 2 jaar, en heeft bepaald dat vervangende hechtenis kan worden toegepast indien de taakstraf niet naar behoren wordt verricht.

De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan, en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De verdachte heeft zich gedurende een periode van drie maanden schuldig gemaakt aan het opmaken van valse facturen, wat heeft geleid tot een aanzienlijke financiële benadeling van het schoonmaakbedrijf. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte strafbaar is en dat er geen feiten of omstandigheden zijn die haar strafbaarheid uitsluiten. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van griffier mr. H.P. Eekhout.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer: 10/993063-18
Datum uitspraak: 24 maart 2021
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] , [postcode verdachte] [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. P.A. Visser, advocaat te Rotterdam.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 10 maart 2021.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. H.C. Vermaseren heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 80 uren.

4..Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
zij
op tijdstippen in de periode van 14 oktober 2015 tot en met 30 juni 2016 te Zwijndrecht en Dordrecht,
telkens tezamen en in vereniging met anderen facturen, te weten
1.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Aannemersbedrijf Gebr. Blokland
d.d. 17-11-2015 (bijlage DOC-010);
en
2.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan BM Bouw B.V. d.d. 17-11-2015
(bijlage DOC-012);
en
3.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan VKV Groep d.d. 17-11-2015
(bijlage DOC-013);
en
4.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Blokland Bouwpartners B.V. d.d. 26-11-2015 (bijlage DOC-015);
en
5.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Heijmans Utiliteitsbouw d.d. 26-11-2015
(bijlage DOC-016);
en
6.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Adriaan van Erk Bouw B.V.
d.d. 27-10-2015 (bijlage DOC-028);
en
7.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan NSI HNK B.V. d.d. 27-10-2015
(bijlage DOC-034);
en
8.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan NSI Monumenten B.V. d.d. 1-11-2015
(bijlage DOC-036);
en
9.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan VastNed Offices Benelux Holding B.V.
d.d. 1-11-2015 (bijlage DOC-037);
en
10.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Rehorst Bouw B.V. d.d. 2-11-2015 (bijlage DOC-038);
en
11.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Woonbron Dordrecht d.d. 5-11-2015
(bijlage DOC-045);
zijnde geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen,
valselijk heeft opgemaakt door op die facturen,
het logo en/of tenaamstelling [naam schoonmaakbedrijf] aan te passen en/of te wijzigen;
en
als bankrekeningnummer [bankrekeningnummer] (ten name van [naam schoonmaakonderneming] ) te vermelden terwijl in werkelijkheid de werkzaamheden en/of diensten zijn verricht door Schoonmaakbedrijf [naam schoonmaakbedrijf] en die facturentoebehoren aan en/of afkomstig waren van Schoonmaakbedrijf [naam schoonmaakbedrijf] ,
zulks telkens met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken,
en
opzettelijk bovenbedoelde/genoemde valse geschriften
voorhanden heeft gehad en heeft afgeleverd en/of doen en/of laten afleveren bij Aannemersbedrijf Gebr. Blokland B.V. en BM Bouw B.V. en VKV-Groep en Blokland Bouwpartners B.V. en Heijmans Utiliteitsbouw en Adriaan van Erk Bouw B.V. en NSI HNK B.V. en NSI Monumenten B.V. en VastNed Offices Benelux Holding B.V. en Rehorst Bouw B.V. en Woonbron Dordrecht,
terwijl zij, verdachte, en haar, verdachtes, mededaders wisten dat die geschriften bestemd waren voor gebruik als waren zij echt en onvervalst.
Kennelijke schrijffouten zijn in de tenlastelegging verbeterd. De verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5..Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
(primair)
medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd,
en
opzettelijk voorhanden hebben en afleveren en doen afleveren van een vals geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, terwijl hij weet dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.
Het feit is dus strafbaar.

6..Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7..Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feit waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft zich samen met haar mededaders gedurende een periode van drie maanden schuldig gemaakt aan het opmaken van valse facturen. Zij is hierbij doelbewust te werk gegaan door op facturen van klanten van Schoonmaakbedrijf [naam schoonmaakbedrijf] (hierna: [naam schoonmaakbedrijf] ) het logo en het bankrekeningnummer te wijzigen in die van [naam schoonmaakonderneming] (hierna: [naam schoonmaakonderneming] ) en deze facturen vervolgens te verzenden aan de debiteuren. Hiermee is bewerkstelligd dat deze debiteuren, zonder dat zij daarvan op de hoogte waren, de gelden van de facturen op de bankrekening van [naam schoonmaakonderneming] hebben gestort in plaats van op de bankrekening van [naam schoonmaakbedrijf] . [naam schoonmaakonderneming] heeft hierdoor ten onrechte geldbedragen van in totaal € 278.000,- ontvangen en [naam schoonmaakbedrijf] is voor dit bedrag benadeeld.
Dit is een kwalijk feit, temeer omdat deze benadeling er mede toe heeft geleid dat het vlak voor aanvang van het bewezen verklaarde feit aangevraagde faillissement van [naam schoonmaakbedrijf] niet kon worden voorkomen en ook de schuldeisers van [naam schoonmaakbedrijf] zijn benadeeld. Voorts heeft de verdachte met haar handelen het vertrouwen dat in het maatschappelijk verkeer moet kunnen worden gesteld in de juistheid van schriftelijke stukken met een bewijsbestemming, zoals facturen, geschaad. Zij heeft zich hiervan geen rekenschap gegeven. De omstandigheid dat zij kennelijk in opdracht van een van haar medeverdachten heeft gehandeld, maken haar gedragingen niet minder strafwaardig.
7.3.
Conclusie van de rechtbank
Gezien de aard en de ernst van het feit zal de rechtbank een taakstraf opleggen. Bij de bepaling van de duur ervan heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die doorgaans in min of meer gelijke gevallen worden opgelegd. Voorts heeft de rechtbank acht geslagen op het uittreksel uit de justitiële documentatie van 17 februari 2021, waaruit blijkt dat zij niet eerder voor een strafbaar feit is veroordeeld. In het voordeel van de verdachte is meegewogen dat het bewezenverklaarde niet van recente datum is. Gelet hierop zal de rechtbank de taakstraf in voorwaardelijke vorm opleggen.

8..Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 47, 56, 57 en 225 van het Wetboek van Strafrecht.

9..Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

10..Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een taakstraf voor de duur van
80 (tachtig) uren, waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
40 (veertig) dagen;
bepaalt dat deze taakstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 2 jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft;
stelt als algemene voorwaarde:
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. E. Rabbie, voorzitter,
en mrs. C.E. Bos en R.H. Kroon, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. H.P. Eekhout, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank 24 maart 2021.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
zij
op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 14 oktober 2015 tot en met 30 juni 2016 te Zwijndrecht en/of Dordrecht, en/of elders in Nederland,
(telkens) tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen,
factu(u)r(en), te weten
1.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Aannemersbedrijf Gebr. Blokland
d.d. 17-11-2015 (bijlage DOC-010);
en/of
2.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan BM Bouw B.V. d.d. 17-11-2015
(bijlage DOC-012);
en/of
3.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan VKV Groep d.d. 17-11-2015
(bijlage DOC-013);
en/of
4.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Blokland Bouwpartners B.V. d.d. 26-11-2015 (bijlage DOC-015);
en/of
5.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Heijmans Utiliteitsbouw d.d. 26-11-2015
(bijlage DOC-016);
en/of
6.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Adriaan van Erk Bouw B.V.
d.d. 27-10-2015 (bijlage DOC-028);
en/of
7.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan NSI HNK B.V. d.d. 27-10-2015
(bijlage DOC-034);
en/of
8.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan NSI Monumenten B.V. d.d. 1-11-2015
(bijlage DOC-036);
en/of
9.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan VastNed Offices Benelux Holding B.V.
d.d. 1-11-2015 (bijlage DOC-037);
en/of
10.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Rehorst Bouw B.V.
d.d. 2-11-2015 (bijlage DOC-038);
en/of
11.
een factuur van [naam schoonmaakonderneming] gericht aan Woonbron Dordrecht d.d. 5-11-2015
(bijlage DOC-045);
zijnde (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig
feit te dienen,
valselijk heeft opgemaakt en/of vervalst, en/althans valselijk heeft doen en/of laten opmaken door op/in die factu(u)r(en),
het logo en/of tenaamstelling [naam schoonmaakbedrijf] aan te passen en/of te
wijzigen;
en/of
als bankrekeningnummer [bankrekeningnummer] (ten name van [naam schoonmaakonderneming] ) te vermelden en/of weer te geven, terwijl in werkelijkheid de werkzaamheden en/of diensten zijn verricht door Schoonmaakbedrijf [naam schoonmaakbedrijf] en/of die factu(u)r(en) toebehoort/toebehoren aan en/of afkomstig was/waren van Schoonmaakbedrijf [naam schoonmaakbedrijf] ,
zulks (telkens) met het oogmerk om dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken,
en/of
opzettelijk bovenbedoeld(e)/genoemd(e) valse of vervalst(e) geschrift(en)
voorhanden heeft/hebben gehad en/of heeft/hebben afgeleverd en/of doen en/of laten afleveren bij Aannemersbedrijf Gebr. Blokland B.V. en/of BM Bouw B.V. en/of VKV-Groep en/of Blokland Bouwpartners B.V. en/of Heijmans Utiliteitsbouw en/of Adriaan van Erk Bouw B.V. en/of NSI HNK B.V. en/of NSI Monumenten B.V. en/of VastNed Offices Benelux Holding B.V. en/of Rehorst Bouw B.V. en/of Woonbron Dordrecht,
terwijl zij, verdachte, en/of haar, verdachtes, mededader(s) wist(en) en/of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat dit/die geschrift(en) bestemd was/waren voor gebruik als ware het echt en onvervalst.