Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..[naam eiser 1]
[naam eiser 2]
[naam eiseres] ,
Berkman Energie Service B.V.,
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
3..Het geschil
- partijen hebben weliswaar hun zakelijk relatie gevat in een overeenkomst met als opschrift ‘huurovereenkomst (in de zin van artikel 7:290 BW)’ maar de rechtsverhouding kwalificeert niet als huurovereenkomst: de belangrijkste verplichting is dat [naam eiseres] brandstoffen afneemt van Berkman zoals ook voordien in de leveringsovereenkomst; met ingang van ‘de huurovereenkomst’ is er niets of nauwelijks iets gewijzigd aan de exploitatie van het tankstation, de kern van de overeenkomst is ongewijzigd gebleven: Berkman levert de brandstoffen en de exploitatie is voor rekening en risico van [naam eiseres] ; tegenover het gebruik van het tankstation staat geen tegenprestatie, de ‘huur’ kan zelfs negatief zijn; het opmaken van ‘huurfacturen’ is in feite het in rekening brengen van geleverde c.q. verkochte brandstoffen met verrekening van de geldende kortingen; [naam eiseres] is belast met het beheer van het tankstation;
- de overeenkomst bevat een exclusief afnamebeding ten gunste van Berkman; dat is op grond van art. 101 lid 1 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie verboden en dus nietig en bijgevolg is de hele overeenkomst nietig, eveneens ingevolge art 6 lid Mededingingswet.
- vanaf 1 september 2019 gebruikt Berkman het tankstation zonder recht of titel en dus onrechtmatig. Hierdoor lijdt [naam eiseres] schade. Zij vordert schadevergoeding op te maken bij staat en bij wijze van voorschot alvast € 40.408,- (volume x gemiste brutomarge).
- de rechtbank is niet bevoegd: het geschil betreft een huurzaak; partijen hebben in 2009 een leveringsovereenkomst, maar op enig moment heeft [naam eiseres] aangegeven een stap terug te willen doen waarbij hij zo min mogelijk bemoeienis wilde hebben met de exploitatie; partijen hebben vervolgens een huurovereenkomst gesloten; Berkman heeft de exploitatie overgenomen en betaalt als tegenprestatie gemiddeld € 30.000,- per jaar aan [naam eiseres] ;
- [naam eiseres] heeft de huurovereenkomst willen opzeggen maar niet aan de formaliteiten voldaan;
- de huurovereenkomst kent geen afnamebeding;
- een afnamebeding kan slechts nietig zijn als dat strekt verhindering van de mededinging en dat wordt door [naam eiseres] niet onderbouwd en door Berkman betwist;
- een eventueel nietig beding maakt niet de gehele overeenkomst nietig;
- het gebruik van de pomp door Berkman is niet onrechtmatig;
- de gestelde schade wordt betwist.
4..De beoordeling
Bevoegdheid
Huur is de overeenkomst waarbij de ene partij, de verhuurder, zich verbindt aan de andere partij, de huurder, een zaak of een gedeelte daarvan in gebruik te verstrekken en de huurder zich verbindt tot een tegenprestatie.
5..De beslissing
:
9 maart 2021 om 13.30 uur;