ECLI:NL:RBROT:2021:2846

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 maart 2021
Publicatiedatum
31 maart 2021
Zaaknummer
10/681000-20
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezwaar tegen afname en opslaan van DNA van een 16-jarige zonder strafblad

Op 29 maart 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een bezwaarschrift tegen de afname en opslag van DNA van een 16-jarige veroordeelde, die geen strafblad had. De zaak werd behandeld in enkelvoudige raadkamer en betreft het parketnummer 10/681000-20. De rechtbank heeft de procedure schriftelijk afgehandeld, in het kader van de coronamaatregelen, waarbij zowel de veroordeelde als het Openbaar Ministerie geen bezwaar maakten tegen deze afhandeling.

De rechtbank heeft het bezwaar gegrond verklaard op basis van artikel 2, eerste lid, van de Wet DNA-onderzoek bij veroordeelden (Wet DNA-V). De rechter oordeelde dat het DNA-onderzoek in dit geval niet van betekenis zou zijn voor de voorkoming, opsporing, vervolging of berechting van strafbare feiten, aangezien het ging om een eenmalig incident, een zogenaamde jeugdzonde. De veroordeelde had op 16-jarige leeftijd een strafbaar feit gepleegd, maar was verder niet eerder of nadien veroordeeld.

De rechtbank heeft geconcludeerd dat het persoonlijk belang van de veroordeelde zwaarder weegt dan het algemeen belang in deze situatie. Daarom heeft de rechtbank besloten dat het afgenomen celmateriaal in de zaak met parketnummer 10/681000-20 onmiddellijk vernietigd moet worden. Deze beslissing is genomen door rechter V.M. de Winkel, in aanwezigheid van griffier N. Gregoor, en is op 29 maart 2021 uitgesproken.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 10/681000-20
Beslissingvan de rechtbank Rotterdam, enkelvoudige raadkamer, op het bezwaarschrift ex artikel 7 van de Wet DNA-onderzoek bij veroordeelden (hierna: Wet DNA-V) van:

[naam veroordeelde], veroordeelde,

geboren te [geboorteplaats veroordeelde] op [geboortedatum veroordeelde],
voor deze zaak domicilie kiezende aan de [adres],
ten kantore van zijn advocaat mr. E.J. van Pelt

Procedure

Deze uitspraak is opgemaakt nadat een schriftelijke procedure is gevolgd naar aanleiding van de maatregelen vanwege het coronavirus. De veroordeelde en het OM hebben zich, daarnaar gevraagd, niet verzet tegen een schriftelijke afdoening van het bezwaarschrift.

Beoordeling

Het bezwaar is gegrond, omdat sprake is van één van de uitzonderingen als genoemd in artikel 2, eerste lid, van de Wet DNA-V.
Aannemelijk is geworden dat DNA-onderzoek niet van betekenis kan zijn voor de voorkoming, opsporing, vervolging of berechting van strafbare feiten, omdat sprake is van een eenmalig incident tevens jeugdzonde: betrokkene heeft op 16-jarige leeftijd een strafbaar feit gepleegd en is niet eerder (en overigens ook niet nadien nog) veroordeeld. Om die reden moet zijn persoonlijk belang zwaarder wegen dan het algemeen belang.

Beslissing

De rechtbank
verklaart het bezwaar gegrond en beveelt de officier van justitie ervoor zorg te dragen dat het afgenomen celmateriaal in de zaak met parketnummer 10/681000-20 terstond wordt vernietigd.
Deze beslissing is genomen door mr. V.M. de Winkel, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. N. Gregoor, griffier,
en uitgesproken op 29 maart 2021.