In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 19 januari 2021 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling van de minderjarige [naam kind]. De ondertoezichtstelling was oorspronkelijk ingesteld bij beschikking van 3 februari 2020 en liep tot 3 februari 2021. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de minderjarige, de moeder en een vertegenwoordigster van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond zijn gehoord. De stiefvader was opgeroepen maar is niet verschenen.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat er ernstige bedreigingen zijn voor de ontwikkeling van [naam kind]. Er zijn spanningen in de gezinssituatie, wat leidt tot agressief gedrag van [naam kind] richting zijn moeder en stiefvader. Daarnaast zijn er zorgen over zijn drank- en drugsgebruik, en zijn schoolprestaties zijn onvoldoende. Ondanks enkele positieve ontwikkelingen, zoals de inzet van MDFT-therapie en het stoppen met blowen, zijn de ouders nog niet in staat om de ontwikkelingsbedreigingen zelfstandig aan te pakken. Daarom heeft de kinderrechter besloten de ondertoezichtstelling te verlengen tot de meerderjarigheid van [naam kind] op [geboortedatum kind] 2022.
De kinderrechter heeft de beschikking mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de schriftelijke uitwerking is vastgesteld op 5 februari 2021. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en andere belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.