Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 34 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 30 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarde een contactverbod alsmede een taakstraf voor de duur van 80 uren, te vervangen door 40 dagen hechtenis.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straffen
8..Vordering benadeelde partij/schadevergoedingsmaatregel
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 34 (vierendertig) dagen;
30 (dertig) dagenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
120 (honderdtwintig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
60 (zestig) dagen;
€ 39.147,78 (zegge: negenendertigduizend honderdzevenenveertig euro en achtenzeventig eurocent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 19 april 2019 tot aan de dag van voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de hoofdelijke verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam slachtoffer] te betalen
€ 39.147,78(hoofdsom,
zegge: negenendertigduizend honderdzevenenveertig euro en achtenzeventig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 april 2019 tot aan de dag van voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van maximaal
85 dagen;