Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verdere verloop van de procedure
- het tussenvonnis van 20 april 2020;
- de akte tegenbewijslevering van Benson ;
- de antwoordakte van MP;
- de akte bewijslevering van MP;
- de antwoordakte van Benson .
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam, heeft de kantonrechter op 8 januari 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen MP Accounting & Consulting LLP (hierna: MP) en Benson Image B.V. (hierna: Benson) over de vergoeding voor extra werkzaamheden die MP heeft verricht. MP vorderde betaling van een bedrag van € 4.323,05, dat betrekking had op extra uren die zij zou hebben gemaakt als gevolg van een slechte aanlevering van informatie door Benson. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de algemene voorwaarden van MP ter hand zijn gesteld aan Benson, waardoor het beroep van Benson op vernietiging van deze voorwaarden werd verworpen. Dit betekende dat MP bevoegd was tot indexering van haar uurtarieven.
De kantonrechter heeft vervolgens de bewijslevering van MP beoordeeld. MP had gesteld dat zij voor het jaar 2016 86,78 extra uren had moeten maken, maar de kantonrechter oordeelde dat MP hierin niet was geslaagd. De overgelegde verklaringen en bewijsstukken waren onvoldoende om aan te tonen dat de extra werkzaamheden daadwerkelijk waren verricht en dat deze het gevolg waren van de slechte aanlevering van informatie door Benson. De kantonrechter kon niet vaststellen of de werkzaamheden in redelijkheid waren verricht en in rekening gebracht konden worden.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter een deel van de vordering toegewezen, namelijk een bedrag van € 1.017,35, en de wettelijke rente over dit bedrag toewijsbaar verklaard. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten droeg. Dit vonnis is uitgesproken door mr. S.H. Poiesz en is uitvoerbaar bij voorraad.