ECLI:NL:RBROT:2021:2041
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen kostenbeschikking inzake bestuursdwang bij ontmanteling hennepkwekerij
Op 11 maart 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiseres en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam. De zaak betreft een beroep tegen een kostenbeschikking die is opgelegd aan de heer [naam broer eiseres], mede-eigenaar van een woning in Rotterdam, naar aanleiding van de ontmanteling van een hennepkwekerij. Eiseres, die ook mede-eigenaar is van de woning, heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van verweerder, maar dit bezwaar werd niet-ontvankelijk verklaard. Eiseres heeft vervolgens beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 2 februari 2021 heeft eiseres aangevoerd dat zij wel degelijk belanghebbende is, omdat zij de openstaande geldvordering en de deurwaarderskosten heeft betaald. Verweerder stelde echter dat eiseres geen belanghebbende is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht, omdat de kostenbeschikking aan haar broer was gericht, die als eerste mede-eigenaar in het kadaster geregistreerd stond.
De rechtbank heeft geoordeeld dat verweerder terecht de heer [naam broer eiseres] als overtreder heeft aangemerkt en dat het niet uitmaakt wie van de eigenaren zich in de praktijk met het beheer van de woning bezighoudt. Eiseres heeft de kosten onverplicht betaald, en de kostenbeschikking was gericht aan haar broer. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 11 maart 2021.