Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland,
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de impliciet primair tenlastegelegde poging tot doodslag;
- oplegging aan de verdachte van de maatregel terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege en daarnaast veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, met aftrek van voorarrest, subsidiair veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden, met aftrek van voorarrest.
4..Bewijs en bewezenverklaring
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Benadeelde partij/schadevergoedingsmaatregel
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden;
€ 2.015,-(zegge: tweeduizendvijftien euro), bestaande uit € 15,- aan vergoeding voor materiële schade en € 2.000,- aan vergoeding voor immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 20 mei 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam slachtoffer] te betalen
€ 2.015,-(zegge: tweeduizendvijftien euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 mei 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van het bedrag van
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
30 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;