1.3.Op 20 augustus 2018 heeft de commissie volgens het verslag van die zitting positief beslist op het bouwplan, met als opmerking:
“Akkoord omdat het plan is aangepast conform de eerder opmerkingen van de commissie”
2.
Bestreden besluit
Bij het bestreden besluit heeft verweerder het bezwaar gegrond verklaard, omdat de hiervoor onder 1.3. bedoelde toets alleen een goedkeuring was van een aanpassing door eiser die door de commissie al akkoord was bevonden. Verweerder heeft het daarom redelijk geacht de daarvoor geheven leges van € 338,- te laten vervallen. De hiervoor onder 1.1. bedoelde eerste welstandstoets is inbegrepen bij de leges voor bouwactiviteit van € 241,-, maar de hiervoor onder 1.2. bedoelde toets is volgens verweerder een extra welstandstoets, wat eiser betwist. Daarover gaat deze procedure dus.
3.
Toetsingskader
Op grond van artikel 229, eerste lid en onder b, van de Gemeentewet kunnen rechten worden geheven ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten.
Op basis van dit artikel heeft de gemeenteraad van Dordrecht de Verordening op de heffing en invordering van leges 2018 (de Verordening) vastgesteld.
Op grond van artikel 2 van de Verordening worden onder de naam ‘leges’ rechten geheven voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Op grond van artikel 3 van de Verordening, voor zover van belang, is belastingplichtig de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeven van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Op grond van artikel 5, eerste lid, van de Verordening, worden de leges geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Artikel 2.3 (Omgevingsvergunning) van de Verordening luidt:
“Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.”
Artikel 2.3.1.2 (Extra welstandstoets) van de Verordening luidt:
“Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is: € 338,-.”
4.
Geschil
In geschil is of de hiervoor onder 1.2. bedoelde toets door verweerder als extra welstandstoets in de zin van de Verordening had kunnen worden aangemerkt en of daarvoor terecht een bedrag van € 338,- aan leges is geheven. Daarvoor is bepalend of zich tijdens de beoordeling van de aanvraag wijzigingen hebben voorgedaan in het bouwplan waarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk was.