Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
beschikking van de kinderrechter over een benoeming van een bijzondere curator
[naam minderjarige] ,
Het procesverloop
De feiten
Waar gaat het om?
Wat vindt de kinderrechter?
De beslissing
Den Haag.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 18 februari 2021 een beschikking gegeven over de benoeming van een bijzondere curator voor een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige]. De minderjarige, geboren in 2007, heeft op 15 januari 2021 een brief gestuurd naar de kinderrechter waarin hij verzoekt om de herbenoeming van mevrouw mr. L.A. Middelkoop als bijzondere curator. De minderjarige voelt zich niet gehoord door zijn ouders en heeft het gevoel dat mevrouw Middelkoop meer voor hem doet dan de jeugdbeschermers. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er een conflict is tussen de minderjarige en zijn ouders over de verzorging en opvoeding, wat aanleiding geeft tot de benoeming van een bijzondere curator.
De ouders hebben gezamenlijk het gezag over de minderjarige, die sinds 4 maart 2019 onder toezicht staat van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond. De kinderrechter heeft eerder een machtiging tot uithuisplaatsing verleend, waardoor de minderjarige op een crisisplek verblijft. De kinderrechter heeft de rol van de bijzondere curator uiteengezet, die de belangen van de minderjarige vertegenwoordigt en een bemiddelende rol speelt.
Na het horen van de minderjarige en mevrouw Middelkoop, heeft de kinderrechter besloten om mevrouw mr. L.A. Middelkoop opnieuw te benoemen tot bijzondere curator voor de duur van de ondertoezichtstelling, tot 4 september 2021. Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door de kinderrechter, met de griffier aanwezig. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.