Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 30 januari 2019,
- de akte overlegging producties, waarbij als productie A was gevoegd een schadestaat met daarbij producties 1 tot en met 22 in de schadestaatprocedure, en als productie B het vonnis in de inleidende procedure van 25 januari 2017,
- de conclusie van antwoord in de schadestaatprocedure, met producties 1 en 2,
- de brief van de rechtbank van 21 augustus 2019 met de vraag aan UAL of voortzetting van de schadestaatprocedure proceseconomisch is gedurende het hoger beroep, de reactie van UAL van 3 september 2019 gevolgd door de reactie daarop van Airgas van 6 september 2019, en de bij brief van 11 september 2019 meegedeelde beslissing van de rechtbank dat een comparitie zal worden gepland,
- de oproepingsbrieven van de rechtbank van 16 oktober 2019,
- de brieven van de rechtbank van 20 januari 2020 waarmee partijen zijn voorgelicht over de ter zitting te bespreken onderwerpen,
- de bij brief van 29 januari 2020 toegezonden productie 3 van Airgas,
- de akte ter comparitie met producties 23 tot en met 26 van UAL, ingediend op 30 januari 2020,
- een drietal bij brief van 30 januari 2020 toegezonden memory sticks van UAL met daarop (volgens UAL) de procesdossiers uit de voorafgaande hoofdzaak in eerste en tweede instantie,
- de ter zitting door mr. Jumelet overgelegde producties 17 (bestaand uit een brief aan deze rechtbank van 6 juni 2016 met daarbij producties 24 tot en met 26) en 20 (bestaand uit een brief aan deze rechtbank van 22 juni 2016 met daarbij productie 27), aangezien deze (volgens Airgas) niet compleet waren op de USB-stick van UAL,
- de toelichting van M.M. van Leeuwen,
- de spreekaantekening mr. A. Jumelet,
- het proces-verbaal van comparitie van 13 februari 2020,
- de akte overleggen verzekeringsdocumenten, betalingsbewijzen en overige stukken, tevens vermeerdering van eis, met producties 27 tot en met 31(a) tot en met (e) van UAL, genomen op de rol van 27 mei 2020,
- de antwoordakte van Airgas, zonder producties.
2..De feiten
3..De vordering
het in de Schadestaat opgenomen totaalbedrag” te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf de dag van dagvaarding tot aan die van volledige betaling, althans zodanige beslissing als de rechtbank in goede justitie gepast acht, en tot betaling van de proceskosten.
dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad Airgas zal veroordelen aan UAL te betalen die bedragen waarvan de rechtbank vindt dat deze voldoende zijn komen vast te staan, met aanhouding van de procedure voor het overige”.
4..De verdere beoordeling
bevoegdheid
Te vermeerderen met de kosten van de schadestaatprocedure, verdere rente en p.m. posten”.
en p.m. posten’ kan buiten beschouwing blijven, nu geen p.m. posten zijn opgevoerd in dagvaarding of schadestaat. Mogelijk doelde UAL hiermee op de kans van verdere proceskosten in de procedure tegen Gallium c.s. Deze komen in r.o. 4.16 en 4.17 hieronder aan de orde.
verdere rente’ doet echter vermoeden dat er [naam kantoor 1] een rentebedrag werd gevorderd. Hierover is in de zittingsagenda met vraag 3 opheldering gevraagd.
Over die korte tussenliggende periode, 1 november 2018 en 30 januari 2019 valt de rente er uit.”.
Wij vragen tussenvonnis”). Uit de antwoordakte van Airgas begrijpt de rechtbank dat Airgas een en ander niet anders heeft opgevat.
als in het overzicht aangegeven’ verwijst mogelijk naar het overzicht dat deel uitmaakt van productie 30 (vermoedelijk bedoeld als productie 29). Dit overzicht bevat voor post K kolommen voor zowel 2 procent rente per dag als 5,5 procent rente per dag, maar onderaan ook bedragen over het geheel van ‘
interest at 2% compounded annually’ en ‘
interest at 5.5 % quarterly’. Voor zover UAL toch bedoelt te verwijzen naar productie 29 (‘
Summary of London laywers’ costs’), roept dat overzicht dezelfde vragen op.
managing agentvoor Syndicate 2003 at Lloyd’s, de leidend verzekeraar, en namens de overige verzekeraars op polis [polisnummer](hierna: XL Catlin) en (4) Post & Co (Belgium) BVBA as agent voor hun ‘
syndicated underwriters on cover note nr. 97/0062’ (hierna: Post & Co). De strekking ervan is te bevestigen dat UAL bij Steamship, XL Catlin en de achterban van Post & Co (hierna gezamenlijk: verzekeraars) was verzekerd voor ‘
liabilities arising out of’ het incident waar deze procedure over gaat, dat verzekeraars onder de verzekeringsovereenkomsten met UAL uit het incident voortvloeiende kosten hebben betaald ten behoeve van UAL, dat verzekeraars zijn gesubrogeerd in de rechten van UAL en terzake regres mogen nemen in naam van UAL, en dat UAL gerechtigd is de gemaakte kosten in eigen naam en/of ten behoeve van verzekeraars te vorderen van Airgas. Let wel: UAL stelt dit alles niet, de rechtbank beschrijft slechts wat zij in de korte overeenkomst leest.
pay to be paid’ regel hanteert, maar daar kennelijk in dit geval jegens UAL van heeft afgezien. De rechtbank zal ook hiervan uitgaan, nu aanwijzingen voor een ander oordeel ontbreken.
het gevoel te hebben ‘dat er hier iets verkeerd gestructureerd is – dat bijvoorbeeld de verkeerde partij kosten heeft gemaakt, bijvoorbeeld omdat niet eerst de verzekerde de kosten heeft betaald en deze vervolgens haar door de verzekeraar zijn vergoed – en dat naar Engels recht UAL haar rechten om de schade en kosten van Airgas te vorderen heeft verloren.”
pay to be paid’ clausule.
Alles is waarschijnlijk wel terug te zoeken maar het is een enorme klus en het leek ons beter om dit met getuigenverklaringen op te lossen.” Zij heeft voorafgaand aan de zitting vier schriftelijke verklaringen overgelegd.
voor zover traceerbaar in corona-tijd waarin niet iedereen op kantoor was en niet alles digitaal beschikbaar”.
ownersen hun procesrisico en de te maken proceskosten meegewogen. Ook de
barristeren
solicitorvoor UAL hebben aanbevolen om op deze voorwaarden te schikken. Verklaard is ook dat tijdens de schikkingsonderhandelingen altijd open kaart is gespeeld met Airgas en dat het niet redelijk is om het schikkingsbedrag, waarmee Airgas bekend was, achteraf te betwisten. Aangeboden is nog om de
Statement of Defenceuit de arbitrageprocedure over te leggen.
client accountvan de raadslieden van UAL is overgemaakt aan de
client accountvan de raadslieden van Carisbrooke, met als datum van ontvangst 23 november 2015. De rechtbank acht dit als bewijs van betaling voldoende.
moetendoen, al dan niet op basis van een
redelijkeschikking. Hierin ligt besloten dat zowel de redelijkheid van de schikking als het causaal verband ten aanzien van het aan Airgas gemaakte verwijt moet kunnen worden getoetst.
- i) Airgas is jegens UAL aansprakelijk voor het incident aan boord van de ‘[naam schip]’ op de gronden overwogen in het vonnis van 25 januari 2017.
- ii) In dit vonnis is geoordeeld dat de (erkende) stuwagefout van UAL niet het causaal verband tussen het verwijt aan Airgas en de explosie doorbreekt, en dat de rechtbank aannemelijk acht dat de explosie zich ook zou hebben voorgedaan indien de stuwagefout niet was gemaakt.
- iii) Niet in geschil is dat Carisbrooke als vervrachter van de ‘[naam schip]’ aanzienlijke schade heeft geleden ten gevolge van het incident, onder meer ter zake van beschadiging van haar schip, tijdverlet en claims van derden.
- iv) Het is in algemene zin zeer waarschijnlijk dat de bevrachter uit hoofde van de bevrachtingsovereenkomst verplicht is de schade te vergoeden die de vervrachter lijdt doordat het schip gedurende de bevrachtingsperiode ernstig beschadigd raakt bij een incident zoals zich hier heeft voorgedaan.
- v) Niet in geschil is dat Carisbrooke UAL ter zake mocht aanspreken en heeft aangesproken, en wel tot vergoeding van omstreeks USD 4,9 miljoen plus rente en kosten (in totaal ongeveer USD 5,6 miljoen).
- vi) Gesteld noch gebleken is dat de schade van Carisbrooke feitelijk kleiner was dan het door UAL aan Carisbrooke betaalde schikkingsbedrag.
- vii) De gronden waarop Carisbrooke UAL in arbitrage heeft aangesproken blijken (op hoofdlijnen) uit de Statement of Claim in arbitrage, waarvan UAL aan Airgas kopie heeft verstrekt ruim voordat de schikking werd bereikt.
- viii) Het verweer dat UAL in de arbitrage heeft gevoerd, blijkt (op hoofdlijnen) uit de
- ix) Na het uitwisselen van deze processtukken en de
- x) Airgas is over het voeren van schikkingsonderhandelingen geïnformeerd en is ook vooraf verwittigd over het voornemen tot schikken.
- xi) Airgas heeft om inzicht in de achterliggende afwegingen en ontvangen juridische adviezen gevraagd maar UAL heeft dit inzicht niet verschaft.
- xii) UAL heeft niet weersproken dat meer informatie op dit punt had kunnen worden verschaft.
- xiii) Gelet op UAL’s positie als tussenschakel tussen Carisbrooke (aan wie zij schade moet vergoeden) en Airgas (op wie zij deze schade wil verhalen) is op zichzelf begrijpelijk als zij aarzelt om aan haar processuele tegenpartij Airgas volledige openheid te geven over haar afwegingen van goede en kwade kansen die maakten dat zij met Carisbrooke schikte zoals zij deed.
- xiv) Door of namens UAL, UAL’s advocaten en (tussenpersonen van) UAL’s verzekeraars is deskundig en kritisch naar de voorgestelde schikking en de daarin verdisconteerde schadevorderingen gekeken en zij achtten schikken voor UAL gunstiger dan doorprocederen tegen Carisbrooke, en zij achtte het schikkingsbedrag, afgezet tegen het gevorderde, zelfs voordelig.
- xv) De rechtbank ziet in het dossier geen concrete aanwijzingen dat in dit verband ten koste van Airgas onzorgvuldig is gehandeld door UAL. Volledige zekerheid hierover bestaat echter op grond van de thans beschikbare informatie niet.
- xvi) Evenmin ziet de rechtbank concrete aanwijzingen dat Carisbrooke aan UAL ter zake van het incident met de ‘[naam schip]’ verwijten maakte die Airgas niet (behoren te) raken. Maar ook daarover heeft de rechtbank onvoldoende informatie voor een sluitend oordeel.
- xvii) In hoeverre in de schikking nog andere elementen uit de relatie tussen Carisbrooke en UAL zijn betrokken - zoals tegenvorderingen of geschilpunten die niet op dit incident zien - kan niet worden vastgesteld.
Fee Payment’, gesteld op het briefpapier van Steamship en vermelden ‘
For the account of:- Taylor Marine TR Little’, refereren aan de ‘[naam schip]’ en de brand en explosie bij Luanda en vermelden factuurnummers, -data en -bedragen die (op een kennelijke typefout na) stroken met twee van de door UAL opgevoerde facturen van Taylor Marine.
Payments to third parties” terugkeren en ook “
Fee payment” documenten voor die bedragen op briefpapier van Steamship. Bij gebreke van een nadere toelichting door UAL en een concrete betwisting door Airgas anderzijds zal de rechtbank deze documenten aanmerken als bewijs van betaling van de in de schadestaat opgevoerde facturen van Pandiship.
Fee Payment’ document op het briefpapier van Steamship ‘
For the account of:- Eltvedt & O’Sullivan SARL’ overgelegd onder vermelding van de scheepsnaam, het incident en nummer, datum en bedrag van de door UAL ter zake opgevoerde factuur. De rechtbank zal dit als betalingsbewijs beschouwen.
dit is beantwoord door [naam 4]”.
“Ik meen mij te herinneren dat de containers aanvankelijk niet werden vrijgesteld door de douane. Daar was verder niets aan te doen. Mogelijk zat er nog iets in deze containers.”.
Invoice Value’ de ‘
Invoice Value (excluding fees of Dutch lawyers and experts)’ is gesepareerd. Nu Airgas hier verder ook niet specifiek op is teruggekomen, zal de rechtbank ervan uitgaan dat post J niet ook in post K is begrepen.
J - Costs proceedings against Gallium et al’ worden genoemd. Dit betreft de facturen met nummers 2160346 (€ 15.194,00), 2150511 (€ 20.865,00), 2150040 (€ 4.494,00) en 2140407 (€ 18.404,00), tezamen groot € 58.957,00. In mindering daarop strekt het bedrag van de door UAL ontvangen proceskostenveroordeling, groot € 17.905,00.
- i) € 18.404,00 vanaf 5 december 2014 tot aan 17 juli 2016,
- ii) het saldo van (€ 18.404,00 + de rente daarover vanaf 5 december 2014 tot aan 17 juli 2016 -/- € 17.905,00) vanaf 17 juli 2016 tot 1 november 2018 en verder met ingang van 31 januari 2019 tot de dag van volledige betaling,
- iii) € 4.494,00 vanaf 3 augustus 2015 tot 1 november 2018 en verder met ingang van 31 januari 2019 tot de dag van volledige betaling,
- iv) € 20.865,00 vanaf 8 april 2016 tot 1 november 2018 en verder met ingang van 31 januari 2019 tot de dag van volledige betaling,
- v) € 15.194,00 vanaf 13 januari 2017 tot 1 november 2018 en verder met ingang van 31 januari 2019 tot de dag van volledige betaling.
privileged’ documenten zijn. Hij heeft wel aangeboden een
Statement of Costsop te stellen ter toelichting op de verrichte werkzaamheden en te verklaren dat zijn kantoor slechts redelijke kosten doorberekent tegen een gangbaar tarief. [naam 5], bedrijfsjurist van UAL, en [naam 6] van Post & Co hebben verklaard dat UAL en haar verzekeraars uiterst zorgvuldig hebben geverifieerd of alle kosten terecht en op goede gronden zijn gemaakt, en dat zij tot de conclusie kwamen dat de kosten van [naam kantoor 1] redelijk waren.
privilegeniet deze procedure betreffen.
diverse betalingen via Steamship Mutual” respectievelijk “
diverse betalingen via Post & Co”, op de onderhavige schadepost zien is niet gesteld en die stukken wijzen daarop op het eerste gezicht ook niet.
Summary of London lawyers’ costs”, overgelegd als productie 29 maar kennelijk bedoeld als eerste deel van productie 30). Voorts heeft zij als deel van productie 30 nog niet eerder overgelegde rekeningen van [naam kantoor 1] overgelegd, waarin de verrichte werkzaamheden zijn omschreven als “
Legal Services Rendered”. Ook deze facturen zijn niet voorzien van uren- en activiteitenspecificatie.
Prosecution Costs’, zijn dit kosten als bedoeld in artikel 241 Rv zodat daarvoor geen vergoeding kan worden gevorderd buiten het bestek van de geliquideerde proceskosten. Dit betreft een bedrag van GBP 209.718,68. In zoverre is de vordering om deze redenen niet toewijsbaar.
Defence Costs’.
7.998,00(2 punten × tarief VIII € 3.999,00) +