ECLI:NL:RBROT:2021:13135

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 november 2021
Publicatiedatum
6 januari 2022
Zaaknummer
629245 / HA RK 21-1352
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Strafprocesrecht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot wraking van rechter na eindbeslissing in strafzaak

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 29 november 2021 uitspraak gedaan over een wrakingsverzoek van een verzoeker. Het wrakingsverzoek werd ingediend op 23 november 2021, na de eindbeslissing van de rechter in de strafzaak tegen de verzoeker, die op 22 november 2021 had plaatsgevonden. De rechtbank oordeelde dat het wrakingsverzoek niet-ontvankelijk was, omdat de rechter in kwestie, mr. A. Buizer, de zaak niet meer behandelde op het moment dat het verzoek tot wraking werd ingediend. De rechtbank benadrukte dat wraking bedoeld is om de onpartijdigheid van de rechter te waarborgen, maar dat dit doel niet meer kan worden bereikt als de rechter al een einduitspraak heeft gedaan. De rechtbank verklaarde de verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot wraking, met toepassing van het Wrakingsprotocol van de rechtbank.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Meervoudige kamer voor wrakingszaken
Zaaknummer / rekestnummer: 629245 / HA RK 21-1352
Beslissing van 29 november 2021
op het verzoek van
[naam verzoeker],
wonende te [adres] ,
verzoeker,
strekkende tot wraking van:
mr. A. Buizer, rechter in de rechtbank Rotterdam (hierna: de rechter).

1.Het procesverloop en de processtukken

De rechter heeft in de tegen verzoeker aanhangig gemaakte strafzaak op 22 november 2021 vonnis gewezen en een bevel dadelijke uitvoerbaarheid gegeven. Die zaak draagt als parketnummer 10-184126-21.
Bij brief van 23 november 2021 heeft verzoeker wraking van de rechter verzocht.
Aan de wrakingskamer is ter beschikking gesteld het dossier van de hiervoor omschreven strafzaak, waarin zich onder meer bevindt:
- het proces-verbaal van de zitting van 22 november 2021;
- de aantekening mondeling vonnis van diezelfde datum en
- het bevel dadelijke uitvoerbaarheid van diezelfde datum.
Behalve de hiervoor genoemde stukken heeft de wrakingskamer voorts nog kennis genomen van de e-mailberichten van verzoeker aan de secretaris van de wrakingskamer, gedateerd 23 november 2021 en 24 november 2021.

2.De ontvankelijkheid van het verzoek

2.1.
Wraking is een middel ter verzekering van de onpartijdigheid van de rechter. Op grond van hetgeen is bepaald in artikel 512 Sv kan de rechter die een zaak behandelt worden gewraakt. Het middel is derhalve toegekend aan een partij die wenst te voorkomen dat een rechter die jegens een partij een vooringenomenheid koestert, althans aan een partij die dienaangaande bestaande vrees heeft die objectief gerechtvaardigd is, (nog langer) bemoeienis met de zaak zal hebben. Dat doel kan niet meer worden bereikt als de rechter reeds een einduitspraak heeft gedaan omdat de behandeling van de zaak daarmee is geëindigd.
2.2.
Op 22 november 2021 heeft de rechter in de hiervoor omschreven strafzaak vonnis gewezen en een bevel gegeven. Dat vonnis en dat bevel zijn eindbeslissingen waarmee de behandeling van de zaak door de rechter is geëindigd.
2.3.
Het wrakingsverzoek is op 23 november 2021 en derhalve na de uitspraak van voormeld vonnis ingediend. Uit het vorenstaande volgt dat de rechter de zaak niet meer behandelde op het moment dat het verzoek tot wraking is gedaan. Verzoeker is daarom kennelijk niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot wraking van de rechter. Verzoeker zal op die grond, met toepassing van het bepaalde in artikel 8, lid 2, aanhef en onder d, van het Wrakingsprotocol van deze rechtbank niet-ontvankelijk worden verklaard in het verzoek.

3.De beslissing

De rechtbank:
- verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in het verzoek tot wraking van mr. A. Buizer.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.P. Hameete, voorzitter, mr. M. Fiege en
mr. J.F. Koekebakker, rechters en door de voorzitter in het openbaar uitgesproken
op 29 november 2021 in tegenwoordigheid van J.A. Faaij, griffier.
Verzonden op:
aan:
- verzoeker
- mr. A. Buizer
- mr. W.J. Streefkerk