Op 25 november 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een wrakingszaak. Verzoeker, die niet bij naam is genoemd, heeft op 21 oktober 2021 een verzoek tot wraking ingediend tegen de griffier die de kantonrechter B.J.R. van Tongeren bijstond tijdens een zitting op 19 oktober 2021. Dit verzoek volgde op de behandeling van een verzoekschrift van verzoeker tot het toepassen van de hardheidsclausule en verhoging van de beslagvrije voet in een procedure tegen de Regionale Belasting Groep (RBG). De rechtbank heeft vastgesteld dat volgens artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering een wrakingsverzoek alleen kan worden gericht tegen rechters die een zaak behandelen. Aangezien de griffier geen rechter is, heeft de rechtbank geoordeeld dat verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn verzoek tot wraking. De beslissing is openbaar uitgesproken door de voorzitter en de andere rechters in aanwezigheid van de griffier.