ECLI:NL:RBROT:2021:12806

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 december 2021
Publicatiedatum
23 december 2021
Zaaknummer
C/10/620045 / HA ZA 21-506
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevoegdheidsincident inzake forumkeuzebeding in civiele procedure tussen Home Bake B.V. en Délifrance Nederland B.V.

In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, betreft het een bevoegdheidsincident tussen de besloten vennootschappen Home Bake B.V. en Délifrance Nederland B.V. De rechtbank heeft op 22 december 2021 uitspraak gedaan in het incident, waarbij Délifrance Nederland verzocht om onbevoegdverklaring van de rechtbank op basis van een forumkeuzebeding. Délifrance Nederland stelde dat de rechtbank Amsterdam bevoegd was om kennis te nemen van de geschillen, gebaseerd op een overeenkomst tussen Délifrance Nederland en HB NL B.V. en een verwijzing naar een Supply Agreement met Délifrance S.A. Home Bake voerde verweer en stelde dat zij geen partij was bij de relevante overeenkomsten en dat de rechtbank Rotterdam bevoegd was.

De rechtbank oordeelde dat er geen met zoveel woorden omschreven forumkeuzebeding in de overeenkomst tussen partijen was opgenomen. De verwijzing naar de SPA in de TSA voldeed niet aan de wettelijke eisen voor bewijs van een forumkeuzebeding. De rechtbank concludeerde dat Délifrance Nederland niet had aangetoond dat er een forumkeuzebeding was overeengekomen en dat de rechtbank Rotterdam bevoegd was, aangezien Délifrance Nederland statutair gevestigd is te Zwijndrecht. De incidentele vordering van Délifrance Nederland werd afgewezen en zij werd veroordeeld in de proceskosten van het incident.

De beslissing van de rechtbank werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de hoofdzaak werd doorverwezen naar de rol voor het opgeven van verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de komende maanden.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/620045 / HA ZA 21-506
Vonnis in incident van 22 december 2021
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HOME BAKE B.V.,
gevestigd te Ridderkerk,
eiseres in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat mr. E.C. Douma te Amstelveen,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DÉLIFRANCE NEDERLAND B.V.,
gevestigd te Zwijndrecht,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat mr. T. van Wijngaarden te Amsterdam.
Partijen zullen hierna Home Bake en Délifrance Nederland genoemd worden.

1..De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 8 juni 2021, met producties;
  • de conclusie van antwoord tevens houdende de (niet aangekondigde) incidentele vordering tot onbevoegdverklaring, met producties;
  • de incidentele conclusie van antwoord.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2..De feiten, voor zover van belang in het incident

2.1.
Délifrance Nederland heeft op 28 juni 2019 haar aandelen in Home Bake verkocht en geleverd aan HB NL B.V. De verkoop van de aandelen is vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst d.d. 28 juni 2019 tussen Délifrance Nederland en HB NL B.V. (hierna: de SPA).
2.2.
Tussen partijen is op 28 juni 2019 een “Transitional Service Agreement” tot stand gekomen (hierna: de TSA). Artikel 13 van de TSA bepaalt het volgende:
“Clauses 15 (Confidentiality), 17 (Costs), 18 (Notices), 20 (Assignment), 22.4 (Invalid Provisions), 22.7 (Waiver of Rights), 23 (governing Law and Jurisdiction) and 24 (Counterparts) of the SPA also apply to this Agreement.”
2.3.
Tussen Délifrance S.A. en Home Bake is op 28 juni 2019 een “Supply Agreement” tot stand gekomen (hierna: de SA). Artikel 16.3 van de SA bepaalt het volgende:
“Any disputes arising between the Parties arising out of or in connection with this Agreement shall be exclusively submitted to the competent court in Amsterdam, The Netherlands.”

3..De vorderingen in de hoofdzaak

3.1.
Home Bake vordert in de hoofdzaak bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Délifrance Nederland te veroordelen:
I. om aan Home Bake binnen twee dagen na betekening van het vonnis te betalen:
a. het bedrag van € 258.715,96, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 22 juli 2020 tot aan de dag van de volledige voldoening (per 22 april 2021 berekend op € 15.522,95);
b. het bedrag van € 116.570,08, te vermeerderen met de wettelijke rente in de zin van artikel 6:119a BW over de periodes van de vervaldata tot aan de dag van de volledige voldoening (per 22 april 2021 berekend op € 1.555,35);
c. het bedrag van € 3.736,82 te vermeerderen met 21% BTW, derhalve in totaal € 4.521,55, zijnde de op 22 april 2021 aangezegde buitengerechtelijke kosten;
II. tot betaling van de proceskosten, te vermeerderen met de nakosten en de wettelijke rente over de (na)kosten vanaf veertien dagen na dagtekening van het vonnis.

4..De beoordeling in het incident

4.1.
Délifrance Nederland vordert dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart om van de vordering van Home Bake in de hoofdzaak kennis te nemen. Zij stelt daartoe – samengevat – het volgende.
4.2.
Voor zover Home Bake haar vordering heeft gebaseerd op de TSA, geldt dat uit artikel 13 van de TSA in samenhang met artikel 23 van de SPA volgt dat uitsluitend de rechtbank Amsterdam bevoegd is om kennis te nemen van geschillen voortvloeiende uit of in verband staande met de TSA. Daarbij komt dat uit artikel 16.3 SA volgt dat uitsluitend de rechtbank Amsterdam bevoegd is kennis te nemen van geschillen voortvloeiende uit of in verband staande met de TSA. De rechtbank Rotterdam is derhalve onbevoegd.
4.3.
Home Bake voert verweer en concludeert tot afwijzing van de incidentele vordering. Home Bake voert daartoe – samengevat – het volgende aan.
4.4.
De vordering van Home Bake is tweeledig. Een gedeelte van de vordering is gebaseerd op de TSA en het andere gedeelte op “gewone” koopovereenkomsten tussen partijen. Home Bake is geen partij bij de SPA, zodat artikel 13 van de TSA, waarin wordt verwezen naar artikel 23 van de SPA (met daarin het forumkeuzebeding), als niet geschreven moet worden beschouwd.
4.5.
De rechtbank oordeelt als volgt. Artikel 108 lid 1 Rv biedt partijen de mogelijkheid om bij overeenkomst een relatief bevoegde rechter aan te wijzen (forumkeuzebeding). De volgens een forumkeuzebeding bevoegde rechter is in beginsel bij uitsluiting bevoegd om van het geschil kennis te nemen, tenzij uit de overeenkomst anders voortvloeit. Een overeenkomst tot aanwijzing van een bevoegde rechter dient als een afzonderlijke overeenkomst te worden beschouwd en beoordeeld, aldus artikel 108 lid 4 Rv.
4.6.
Home Bake heeft in haar incidentele conclusie erkend dat in artikel 23 van de SPA een forumkeuzebeding is opgenomen ten behoeve van geschillen tussen Délifrance Nederland en HB NL B.V., maar voert terecht aan dat zij geen partij is bij die overeenkomst en de SPA dus niet de rechtsverhouding betreft tussen Home Bake en Délifrance Nederland. In artikel 13 van de TSA (die wel tussen partijen is overeengekomen) wordt slechts verwezen naar artikel 23 van de SPA en wordt gesteld dat dat artikel van toepassing is (voor wat betreft het toepasselijk recht en bevoegde rechter). Het bepaalde in artikel 108 lid 3 Rv is van belang.
(“Een overeenkomst tot aanwijzing van een bevoegde rechter wordt bewezen door een geschrift. Daarvoor is voldoende een geschrift dat een dergelijk beding bevat of dat verwijst naar algemene voorwaarden die een dergelijk beding bevatten, mits dat geschrift door of namens de wederpartij uitdrukkelijk of stilzwijgend is aanvaard.”)
Nu in de TSA géén met zoveel woorden omschreven forumkeuzebeding is opgenomen, en in de TSA voor wat betreft de forumkeuze ook niet wordt verwezen naar algemene voorwaarden maar naar een overeenkomst tussen Délifrance Nederland en een andere partij dan Home Bake, is niet voldaan aan de eisen die de wet stelt omtrent het bewijs van het forumkeuzebeding.
Daar komt nog bij dat Délifrance Nederland, in strijd met het bepaalde in artikel 85 Rv, de SPA niet in het geding heeft gebracht. Verder heeft Délifrance Nederland geen feiten of omstandigheden gesteld waaruit blijkt van de uitdrukkelijke of stilzwijgende aanvaarding van de forumkeuze door Home Bake.
Ook artikel 16.3 van de SA helpt Délifrance Nederland niet, omdat niet Délifrance Nederland partij is bij deze overeenkomst, maar Délifrance S.A., en het artikel bovendien niet verwijst naar de TSA.
De rechtbank is gelet op het vorenstaande van oordeel dat hetgeen Délifrance Nederland heeft aangedragen ter onderbouwing van haar stelling dat tussen partijen een forumkeuzebeding is overeengekomen, onvoldoende is om die stelling te dragen.
Volgens het bepaalde in artikel 99 Rv jo. artikel 1:10 lid 2 BW is de rechter van de plaats waarin Délifrance Nederland haar statutaire zetel heeft, bevoegd. Aangezien Délifrance Nederland statutair gevestigd is te Zwijndrecht, is de rechtbank Rotterdam bevoegd om van de vordering in de hoofdzaak kennis te nemen.
4.7.
Gezien het voorgaande zal de incidentele vordering worden afgewezen. Délifrance Nederland zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van het incident worden veroordeeld (1 punt x tarief € 563,00).

5..De beslissing

De rechtbank
in het incident
5.1.
wijst het gevorderde af,
5.2.
veroordeelt Délifrance Nederland in de kosten van het incident, aan de zijde van Home Bake tot op heden begroot op € 563,00,
5.3.
verklaart deze proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad,
in de hoofdzaak
5.4.
verwijst de zaak naar de rol van
19 januari 2022voor het opgeven van de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden februari tot en met juni 2022, waarna dag en uur van de mondelinge behandeling zullen worden bepaald.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. de Geus. Het is door de rolrechter ondertekend en, in bijzijn van de griffier, in het openbaar uitgesproken op 22 december 2021.
3537/638
………………………… …………………………..
(griffier) (rolrechter)