Op 6 januari 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven betreffende de voortzetting van een crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie. Het verzoekschrift, dat op 4 januari 2021 ter griffie is ingekomen, betreft de voortzetting van een eerder opgelegde crisismaatregel van 3 januari 2021. Bij het verzoek zijn verschillende bijlagen gevoegd, waaronder een medische verklaring van een psychiater en relevante politiegegevens van de betrokkene.
De mondelinge behandeling vond plaats op 5 januari 2021, waarbij de betrokkene en zijn advocaat aanwezig waren. De officier van justitie was niet ter zitting verschenen, omdat hij geen nadere toelichting op het verzoek nodig achtte. Tijdens de behandeling werd vastgesteld dat de betrokkene aanvankelijk verward gedrag vertoonde, mogelijk onder invloed van middelen, maar dat er op dat moment geen onmiddellijk dreigend ernstig nadeel meer aanwezig was. De zorgverlener verklaarde dat de betrokkene na de opname rustiger was geworden en dat er geen aanwijzingen waren voor een psychotische stoornis.
De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende grond was om verplichte zorg toe te wijzen en wees het verzoek af. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. De beschikking is mondeling gegeven door rechter F.J. Koningsveld en schriftelijk uitgewerkt op 12 januari 2021.