Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
beschikking
[naam minderjarige] ,
[naam vader] ,
mr. R.A.A.H. VAN LEUR ,
[naam moeder] ,
Het procesverloop
De feiten
Het aangehouden verzoek
De standpunten
De beoordeling
De beslissing
Den Haag.
Rechtbank Rotterdam
In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 24 november 2021, wordt het verzoek van de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering (GI) om een machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [voornaam minderjarige] afgewezen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [voornaam minderjarige] sinds 18 oktober 2021 bij haar moeder verblijft, ondanks een eerder verleende machtiging tot uithuisplaatsing in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder. De kinderrechter oordeelt dat de acute veiligheid van [voornaam minderjarige] niet in gevaar is en dat een crisisplaatsing niet gerechtvaardigd is. De kinderrechter wijst op de zorgen van de GI over de opvoedsituatie bij de moeder, die in 2014 ontheven is uit het ouderlijk gezag, maar concludeert dat de huidige situatie niet zo problematisch is dat een uithuisplaatsing noodzakelijk is. De kinderrechter benadrukt dat er een duidelijk plan moet komen voor de toekomst van [voornaam minderjarige] en dat de bijzondere curator, mr. R.A.A.H. van Leur, herbenoemd wordt voor de duur van de ondertoezichtstelling. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.