Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair, 2 en 3 ten laste gelegde;
- ten aanzien van de feiten 1 primair en 2, veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 150 uur, subsidiair 75 dagen hechtenis en een ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van 12 maanden geheel voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar;
- ten aanzien van feit 3, veroordeling tot betaling van een geldboete van 250 euro, subsidiair 5 dagen hechtenis.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feiten
2..overtreding van artikel 7, eerste lid van de Wegenverkeerswet 1994;
3..overtreding van artikel 107, eerste lid van de Wegenverkeerswet 1994.
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straffen
verplichtehulp in het kader van toezicht en bijzondere voorwaarden.
8..Toepasselijke wettelijke voorschriften
9..Bijlagen
10.. Beslissing
taakstrafvoor de duur van
240 (tweehonderdveertig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
120 dagen;
de bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de tijd van
12 (twaalf) maanden;
geldboete van € 350,00 (driehonderdvijftig euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door
7 dagen hechtenis.