ECLI:NL:RBROT:2021:11457

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 oktober 2021
Publicatiedatum
24 november 2021
Zaaknummer
10/188407-21
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigheid van de dagvaarding in strafzaak tegen verdachte

Op 15 oktober 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, wiens naam en gegevens in het vonnis zijn opgenomen. De zaak betreft de geldigheid van de dagvaarding. De officier van justitie, mr. A. Ekiz, heeft betoogd dat de dagvaarding nietig is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding niet op de wettelijk voorgeschreven wijze aan de verdachte is betekend en dat de verdachte niet ter terechtzitting is verschenen. Hierdoor is de dagvaarding nietig verklaard.

De rechtbank heeft in haar vonnis ook de tenlastelegging besproken, waarin de verdachte wordt beschuldigd van het dreigen met een mes en het eisen van 200 euro van een ander. De rechtbank heeft de dagvaarding nietig verklaard, wat betekent dat de zaak niet verder kan worden behandeld. Dit vonnis is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 15 oktober 2021, door de meervoudige kamer voor strafzaken van de Rechtbank Rotterdam.

De beslissing van de rechtbank is van belang voor de rechtsgang en de rechten van de verdachte, aangezien een nietige dagvaarding betekent dat er geen rechtsgeldige aanklacht tegen de verdachte bestaat. De rechtbank heeft de zaak afgesloten zonder verdere behandeling, en de bijlage met de tekst van de tenlastelegging is aan het vonnis gehecht.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer: 10/188407-21
Datum uitspraak: 15 oktober 2021
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte],
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte].

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 15 oktober 2021.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Geldigheid dagvaarding

3.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie, mr. A. Ekiz, heeft zich op het standpunt gesteld dat de dagvaarding nietig is.
3.2.
Beoordeling
Niet is gebleken dat de dagvaarding op de bij de wet voorgeschreven wijze aan de verdachte is betekend en de verdachte is ook niet ter terechtzitting verschenen. De dagvaarding is daarom nietig.

4..Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

5..Beslissing

De rechtbank:
verklaart de dagvaarding nietig.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. F.A. Hut, voorzitter,
en mrs. L. Daum en R.H. Kroon, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. D. Sengezken, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 15 oktober 2021.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij op of omstreeks 13 juli 2021 te Rotterdam
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
[naam] heeft gedwongen tot de afgifte van 200 euro, althans enig geldbedrag,
in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan de [naam winkel], door die [naam]
- een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, te tonen en/of
- meermalen dreigend de woorden toe te voegen: "ik wil 200 euro hebben", althans
woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;