Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 21 maanden met aftrek van voorarrest, alsmede een geldboete van € 10.000,00;
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/207921-20.
4..Waardering van het bewijs
en in verenigingmet anderen een geldbedrag van in totaal ongeveer 13.000 euro,
engeld voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte, en zijn mededaders wisten of ernstige reden hadden om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
5..Strafbaarheid feit
1..medeplegen van witwassen;
medeplegen van om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden of te bevorderen, voorwerpen, stoffen en gelden voorhanden hebben waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit en
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straffen
8..In beslag genomen voorwerp
9..Vordering tenuitvoerlegging
10.. Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.. Bijlagen
12..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) maanden, alsmede tot een geldboete van
€ 10.000,00 (tienduizend euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door
85 (vijfentachtig) dagen hechtenis;
- verklaart verbeurd een geldbedrag van € 1.045,00;
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van 25 januari 2021 van de politierechter in deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf voor de tijd van 1 (één) maand.
- de werkelijke aard en/of de herkomst en/of de vindplaats en/of de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of
- heeft verhuld en/of heeft verborgen en/of heeft verhuld, wie de rechthebbende(n) op dit voorwerp/geld c.q. deze voorwerpen is/zijn en/of
- dit voorwerp/geld c.q. deze voorwerpen heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen en/of heeft omgezet en/of daarvan gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist dan wel redelijkerwijs moest vermoeden, dat dit voorwerp/geld c.q. die voorwerpen, onmiddellijk of middellijk, afkomstig was/waren uit enig (eigen) misdrijf;
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen,
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen,
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) wist(en) of ernstige reden had(den) om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,