ECLI:NL:RBROT:2021:1139

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
20 januari 2021
Publicatiedatum
15 februari 2021
Zaaknummer
C/10/611255 / FA RK 21-208
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging niet-ontvankelijk verklaard wegens ontbrekende handtekeningen op medische verklaringen

Op 20 januari 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam een mondelinge beslissing genomen over een verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek was ingediend door de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam en betrof een betrokkene die woonde in een beschermde woonomgeving. Tijdens de mondelinge behandeling, die plaatsvond via een beeld- en geluidverbinding, waren de betrokkene en haar advocaat aanwezig, evenals een verpleegkundig specialist van Yulius. De officier van justitie was niet aanwezig, omdat hij geen nadere toelichting op het verzoek nodig achtte.

De rechtbank constateerde dat de medische verklaring van 5 januari 2021, opgesteld door een psychiater, en de verklaring van de geneesheer-directeur van 6 januari 2021, beide niet ondertekend waren. De advocaat van de betrokkene stelde dat deze verklaringen niet voldeden aan de vereiste formaliteiten, wat aanleiding gaf om het verzoek niet-ontvankelijk te verklaren. De rechtbank bevestigde dat de ontbrekende handtekeningen op de medische verklaringen een schending van de juridische vereisten vormden.

Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten het verzoek van de officier van justitie niet-ontvankelijk te verklaren. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M.W.J. van Elsdingen en schriftelijk uitgewerkt op 2 februari 2021.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/611255 / FA RK 21-208
Externe referentie: [referentienummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 20 januari 2021 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] te [geboorteplaats betrokkene] , [geboorteland betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende te Yulius, Beschermd Wonen, [adres] , [postcode] Gorinchem,
advocaat mr. A. van Toorn te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen van de officier, ingekomen op 11 januari 2021.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 20 januari 2021. Bij die gelegenheid zijn (overeenkomstig artikel 2 lid 1 van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid) via beeld- en geluidverbinding gehoord:
  • betrokkene met haar advocaat;
  • [naam verpleegkundig specialist] , verpleegkundig specialist, verbonden aan Yulius.
1.3.
De officier is tijdens de mondelinge behandeling niet verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2. De beoordeling

2.1.
De rechtbank heeft geconstateerd dat de medische verklaring van 5 januari 2021 opgesteld door psychiater [naam psychiater] die bij het verzoekschrift is gevoegd, niet is ondertekend. De verklaring van geneesheer-directeur [naam geneesheer-directeur] van 6 januari 2021 die bij het verzoekschrift is gevoegd, is evenmin ondertekend. Volgens de advocaat voldoen de verklaringen niet aan de formaliteiten en dient het verzoek niet-ontvankelijk te worden verklaard.
2.2.
De rechtbank stelt vast dat de medische verklaring en de verklaring van de geneesheer-directeur zoals genoemd onder punt 2.1. behorend bij onderhavige verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging niet voldoen aan de juridisch vereisten.
2.3.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank het verzoek van de officier niet-ontvankelijk verklaren.

3..De beslissing

De rechtbank verklaart het verzoek van de officier niet-ontvankelijk.
Deze beschikking is op 20 januari 2021 mondeling gegeven door mr. M.W.J. van Elsdingen, rechter, in tegenwoordigheid van S.M. Plaisier-van Welie, griffier en op 2 februari 2021 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.