ECLI:NL:RBROT:2021:11080

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 november 2021
Publicatiedatum
16 november 2021
Zaaknummer
10/652046-19
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van de verdachte in een zaak van witwassen met betrekking tot de financiering van een Maserati

In de zaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van medeplegen van witwassen, heeft de rechtbank Rotterdam op 12 november 2021 uitspraak gedaan. De verdachte werd bijgestaan door haar raadsman, mr. R. Tetteroo. De officier van justitie, mr. K. Pieters, had gevorderd tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit en een taakstraf van 60 uren, subsidiair 30 dagen vervangende hechtenis, en een geldboete van € 5.000,-, subsidiair 100 dagen vervangende hechtenis. De verdenking van witwassen was gebaseerd op de herkomst van een bedrag van € 56.493,88, dat gebruikt was voor de financiering van een Maserati Levante.

Tijdens de zitting op 29 oktober 2021 werd duidelijk dat de verdachte en de medeverdachte geen concrete en verifieerbare verklaring hadden gegeven over de herkomst van het geld. De verdediging bracht een rapport uit 2018 in, maar de rechtbank oordeelde dat de echtheid van de bankafschriften niet zonder meer kon worden aangenomen, vooral omdat deze pas een dag voor de zitting waren overgelegd. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om te stellen dat het geld een illegale herkomst had.

De rechtbank oordeelde dat de bankafschriften van [naam bedrijf 2] een min of meer verifieerbare verklaring over de herkomst van het geld opleverden. Aangezien het openbaar ministerie geen nader onderzoek wilde doen naar deze stukken, concludeerde de rechtbank dat niet met voldoende zekerheid kon worden uitgesloten dat het geld een legale herkomst had. Daarom werd de verdachte vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10/652046-19
Datum uitspraak: 12 november 2021
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] ( [geboorteland verdachte] ) op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] , [postcode verdachte] [woonplaats verdachte] ,
gemachtigd raadsman mr. R. Tetteroo, advocaat te Schiedam.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 29 oktober 2021.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. K. Pieters heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf van 60 uren, subsidiair 30 dagen vervangende hechtenis en een geldboete van € 5.000,-, subsidiair 100 dagen vervangende hechtenis.

4..Waardering van het bewijs

Vrijspraak
Standpunt officier van justitie
De verdenking van witwassen heeft betrekking op de herkomst van een bedrag van
€ 56.493,88 waarmee de aanschaf van een Maserati Levante deels is gefinancierd. Daarover hebben de verdachte en de medeverdachte geen concrete, min of meer verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring gegeven, zodat ervan moet worden uitgegaan dat het geld geen legale herkomst heeft en dus sprake is van witwassen.
De verdediging heeft een dag voor de zitting een rapport uit 2018 ingebracht met onder andere bankafschriften uit 2017. Hieruit zou de herkomst van het geld moeten blijken. Gelet echter op de loop van het onderzoek en de eerder door de verdachte en medeverdachte afgelegde verklaringen mag niet zonder meer worden uitgegaan van de echtheid van de bankafschriften. Van het openbaar ministerie kan echter niet meer worden verwacht dat nader onderzoek wordt verricht naar aanleiding van deze stukken die pas een dag voor de zitting zijn overgelegd.
Beoordeling
Bij het in 2017 gestarte strafrechtelijk onderzoek naar de verdachte en de medeverdachte in verband met een verdenking van witwassen, is de kernvraag geweest wat de herkomst was van het geld waarmee [naam bedrijf 1] een deel van de aanschaf van de Maserati heeft gefinancierd. Hierover is tot een dag voor de zitting van 29 oktober 2021 geen duidelijkheid verkregen. De verklaringen die de verdachte en de medeverdachte hebben afgelegd, waren zodanig dat deze eerder hebben bijgedragen aan de versterking van het vermoeden dat het geld geen legale herkomst had dan aan een weerlegging daarvan. Het is de medeverdachte ook op zitting niet gelukt de rechtbank op een voor haar begrijpelijke wijze uit te leggen waarom hij indertijd heeft verklaard zoals hij heeft gedaan. Ook blijft het gissen naar de reden waarom de nu ingebrachte stukken uit 2018 niet toen al door of namens de verdachte en de medeverdachte zijn verstrekt.
Vastgesteld moet echter worden dat uit de overgelegde afschriften van de bankrekening van [naam bedrijf 2] . volgt dat die rekening (in ieder geval) in juni en juli 2017 op verschillende momenten is gevoed met overboekingen afkomstig van [naam bedrijf 3] , dat dat op 7 juli 2017 een bedrag van meer dan € 94.000,- betrof en dat kort daarna bedragen van € 50.000,- en € 40.000,- zijn overgemaakt aan [naam bedrijf 1] De Maserati is vervolgens op 14 augustus 2017 op haar naam gezet. Hoewel het dossier ontegenzeggelijk niet alleen de nodige vragen oproept, maar deze ook onbeantwoord laat, kan niet anders worden geconcludeerd dan dat de genoemde bankafschriften een concrete, min of meer verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring over de herkomst van het geld opleveren.
Dat deze verklaring om niet opgehelderde redenen pas op een zeer laat tijdstip is gegeven, doet aan dat oordeel niet af. Het gaat hierbij namelijk om bankafschriften waarvan zonder nader onderzoek niet kan worden gezegd dat aan de authenticiteit moet worden getwijfeld. Het is vervolgens aan het openbaar ministerie om nader onderzoek te doen naar aanleiding van die verklaring. De officier van justitie heeft echter in zijn requisitoir duidelijk gemaakt dat dat onderzoek niet gaat plaatsvinden. Omdat de rechtbank in de aard van de ingebrachte stukken en mede gelet op de ouderdom van de zaak geen aanleiding ziet om ambtshalve dat onderzoek te gelasten, betekent een en ander dat moet worden uitgegaan van de juistheid van de afgelegde verklaring. De slotsom moet dan zijn dat niet met voldoende mate van zekerheid kan worden uitgesloten dat het geld een legale herkomst heeft en dat dus niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het haar verweten witwassen. Zij zal worden vrijgesproken.

5..Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

6..Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. V.F. Milders, voorzitter,
en mrs. G.P. van de Beek en B. Vaz, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. Y. Ouarssani, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
zij in of omstreeks de periode van 18 april 2017 tot en met 6 oktober 2017 te Rotterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, van een voorwerp, te weten een geldbedrag van ongeveer 56.493,88 euro, althans enig geldbedrag, de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld, en/of heeft verborgen en/of heeft verborgen en/of verhuld wie een voorwerp, te weten een personenauto Maserati Levante (kenteken [kentekennummer] ), voorhanden heeft gehad, terwijl zij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden dat die 56.493,88 euro en/of Maserati Levante geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.