In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 21 oktober 2021 een beschikking gegeven met betrekking tot de machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, hierna te noemen [naam kind]. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West heeft op 22 september 2021 een verzoek ingediend voor een machtiging om [naam kind] in een gesloten accommodatie te doen opnemen tot aan zijn achttiende verjaardag. Dit verzoek is gedaan in het kader van de complexe problematiek van [naam kind], die sinds januari 2020 binnen de gesloten jeugdhulp verblijft. De rechtbank heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij ook een strafzaak tegen [naam kind] aan de orde was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van [naam kind] ernstig belemmeren. De kinderrechter heeft geconstateerd dat [naam kind] een lange hulpverleningsgeschiedenis heeft en dat er momenteel gezocht wordt naar een geschikte vervolgplek voor hem. De rechtbank heeft de noodzaak van de gesloten jeugdhulp onderbouwd met de complexe persoonlijke problematiek van [naam kind] en de onrust die voortkomt uit de onduidelijkheid over zijn toekomst na zijn achttiende verjaardag.
De kinderrechter heeft besloten om de verzochte machtiging gesloten jeugdhulp te verlenen, met ingang van 29 oktober 2021 tot 25 december 2021. Dit besluit is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door de kinderrechter en twee andere rechters, in aanwezigheid van de griffier. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.