Uitspraak
[naam verdachte] ,
Kern van het vonnis
Inhoudsopgave van dit vonnis
Hoofdstuk 1: De beschuldiging in de tenlastelegging
- het dragen van bivakmutsen en het binnendringen c.q. betreden van de genoemde woning,
- het tonen van een of meer messen aan die [naam slachtoffer 1] ,
- het zetten van een mes op haar keel,
- het tegen [naam slachtoffer 1] zeggen dat ze zou doodgaan als ze niet meewerkte, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking,
- het gooien van water over haar,
- slaan op haar rug en been,
- vasttapen van haar polsen en benen,
- blinddoeken en
- dichttapen van haar mond.
- met bivakmutsen voornoemde woning binnen te dringen, althans te betreden,
- een of meer messen aan die [naam slachtoffer 1] te tonen,
- een mes op haar keel te zetten,
- te zeggen dat ze zou doodgaan als ze niet meewerkte, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking,
- water over haar heen te gooien,
- haar te slaan op haar rug en been,
- haar polsen en benen vast te tapen,
- haar te blinddoeken en
- haar mond dicht te tapen.
- met bivakmutsen voornoemde woning is binnengedrongen, althans heeft betreden,
- een of meer messen aan [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] heeft getoond,
- een mes op/tegen de keel/hals van [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] heeft geduwd/gedrukt,
- gereedschap aan [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] heeft getoond,
- [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] heeft vastgetaped en/of vastgebonden,
- water over/op die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] heeft gegooid,
- [naam slachtoffer 2] op/tegen het hoofd en/of lichaam heeft geslagen/gestompt en geschopt/getrapt,
- [naam slachtoffer 1] op haar been en/of rug heeft geslagen,
- [naam slachtoffer 1] heeft geblinddoekt en/of de mond van [naam slachtoffer 1] heeft (af)getaped en
- [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] de woorden heeft toegevoegd dat als zij niet zouden meewerken dood zouden worden gemaakt en/of de vingers van [naam slachtoffer 2] zouden worden afgeknipt, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking,
- met bivakmutsen voornoemde woning binnen te dringen, althans te betreden,
- messen aan [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] te tonen,
- een mes op/tegen de keel/hals van [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] te duwen/drukken,
- gereedschap aan [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] te tonen,
- [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] heeft vast te tapen en/of vast te binden,
- water over/op die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] te gooien,
- [naam slachtoffer 2] op/tegen het hoofd en/of lichaam te slaan/stompen en te schoppen/trappen,
- [naam slachtoffer 1] op haar been en/of rug te slaan,
- [naam slachtoffer 1] te blinddoeken en/of de mond van [naam slachtoffer 1] (af) te tapen en
- [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] de woorden toe te voegen dat als zij niet zouden meewerken dood zouden worden gemaakt en/of de vingers van [naam slachtoffer 2] zouden worden afgeknipt, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking.
Hoofdstuk 2: De beslissingen over het bewijs
detoegangscode van haar telefoon en de telefoon van [naam slachtoffer 2] , welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit
- het dragen van bivakmutsen en het betreden van de genoemde woning,
- het tonen van messen aan die [naam slachtoffer 1] ,
- het zetten van een mes op haar keel,
- het tegen [naam slachtoffer 1] zeggen dat ze zou doodgaan als ze niet meewerkte, het gooien van water over haar,
- slaan op haar rug en been,
- vasttapen van haar polsen,
- blinddoeken en
- dichttapen van haar mond.
eneen telefoon (i-phone),
die toebehoorden aan[naam slachtoffer 1] , heeft weggenomen met het oogmerk om die bankpas
endie telefoon zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan
envergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [naam slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken door
- met bivakmutsen voornoemde woning te betreden,
- messen aan die [naam slachtoffer 1] te tonen,
- een mes op haar keel te zetten,
- te zeggen dat ze zou doodgaan als ze niet meewerkte,
- water over haar heen te gooien,
- haar te slaan op haar rug en been,
- haar polsen vast te tapen,
- haar te blinddoeken en
- haar mond dicht te tapen.
- met bivakmutsen voornoemde woning heeft betreden,
- messen aan [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] heeft getoond,
- een mes op/tegen de keel/hals van [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] heeft geduwd/gedrukt,
- gereedschap aan [naam slachtoffer 2] heeft getoond,
- [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] heeft vastgetaped,
- water over/op die [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] heeft gegooid,
- [naam slachtoffer 2] op/tegen het hoofd en/of lichaam heeft geslagen/gestompt en geschopt/getrapt,
- [naam slachtoffer 1] op haar been en rug heeft geslagen,
- [naam slachtoffer 1] heeft geblinddoekt en de mond van [naam slachtoffer 1] heeft (af)getaped en [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] de woorden heeft toegevoegd dat als zij niet zouden meewerken dood zouden worden gemaakt en de vingers van [naam slachtoffer 2] zouden worden afgeknipt,
- met bivakmutsen voornoemde woning te betreden,
- messen aan [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] te tonen,
- een mes op/tegen de keel/hals van [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] te duwen/drukken,
- gereedschap aan [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] te tonen,
- [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] vast te tapen,
- water over/op die [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] te gooien,
- [naam slachtoffer 2] op/tegen het hoofd en/of lichaam te slaan/stompen en te schoppen/trappen,
- [naam slachtoffer 1] op haar been en rug te slaan,
- [naam slachtoffer 1] te blinddoeken en de mond van [naam slachtoffer 1] (af) te tapen en [naam slachtoffer 1] en [naam slachtoffer 2] de woorden toe te voegen dat als zij niet zouden meewerken dood zouden worden gemaakt en de vingers van [naam slachtoffer 2] zouden worden afgeknipt.
De bewijsbeslissingen
De overval
Hoofdstuk 3: De verboden gedragingen en de strafbaarheid
Hoofdstuk 4: De onderbouwing van de straf
Hoofdstuk 5: Vorderingen van de benadeelde partijen
Immateriële schade
Hoofdstuk 7: Beslissingen in het kort en ondertekening
gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) jaar;
maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de duur van 2 jaren, inhoudende dat de veroordeelde wordt bevolen:
€ 6.890,00 (zegge: zesduizend achthonderdnegentig euro), bestaande uit € 1.890,00 aan materiële schade en € 5.000,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 22 maart 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
€ 5.000,00 (zegge: vijfduizend euro), bestaande uit € 5.000,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 22 maart 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam slachtoffer 1] te betalen
€ 6.890,00(hoofdsom,
zegge: zesduizend achthonderdnegentig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 maart 2021 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 6.890,00 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
69 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam slachtoffer 2] te betalen
€ 5.000,00(hoofdsom,
zegge:
vijfduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 maart 2021 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van €5.000,00 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
60 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;