ECLI:NL:RBROT:2021:10643

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
11 oktober 2021
Publicatiedatum
4 november 2021
Zaaknummer
10/701226-16
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met dwangverpleging voor een ter beschikking gestelde met psychische aandoeningen

Op 11 oktober 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde, die in 2017 was gelast na een poging tot zware mishandeling. De rechtbank ontving op 31 augustus 2021 een vordering van het openbaar ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling, die eerder was verlengd in 2019. Tijdens de openbare zitting zijn de ter beschikking gestelde, zijn raadsman mr. R.H.P. Feiner, en deskundigen gehoord. De deskundigen adviseerden unaniem tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar, gezien de aanhoudende psychische problemen van de ter beschikking gestelde, waaronder schizofrenie en een licht verstandelijke beperking. De rechtbank oordeelde dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen of goederen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling wordt verlengd. De rechtbank verwierp het verweer van de ter beschikking gestelde, die een kortere verlenging had bepleit, en oordeelde dat de verlenging proportioneel was gezien de ernst van de stoornis en het risico op herhaling van strafbaar gedrag. De beslissing om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen werd genomen, waarbij de rechtbank benadrukte dat de ter beschikking gestelde nog geen verlof had en dat er nog veel stappen in de behandeling moesten worden gezet.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 10/701226-16
Datum uitspraak: 11 oktober 2021
Beslissing van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, met betrekking tot de terbeschikkingstelling van:
[naam ter beschikking gestelde](de ter beschikking gestelde),
geboren te [geboorteplaats ter beschikking gestelde] op [geboortedatum ter beschikking gestelde],
verblijvende in Fivoor Forensisch Psychiatrisch Centrum De Kijvelanden te Poortugaal
(de instelling),
raadsman mr. R.H.P. Feiner, advocaat te Rotterdam.

1..Inleiding

Bij vonnis van deze rechtbank van 6 juli 2017 is de terbeschikkingstelling van [naam ter beschikking gestelde] gelast en is zijn verpleging van overheidswege (dwangverpleging) bevolen.
De terbeschikkingstelling is gelast ter zake van poging tot zware mishandeling. De termijn van de terbeschikkingstelling is aangevangen op 13 oktober 2017.
Bij beslissing van deze rechtbank van 23 oktober 2019 is de terbeschikkingstelling laatstelijk verlengd met twee jaar.

2..Procesverloop

De rechtbank heeft op 31 augustus 2021 van het openbaar ministerie een vordering ontvangen tot verlenging van de terbeschikkingstelling. Bij die vordering zijn de daarbij vereiste stukken gevoegd dan wel later toegezonden.
De vordering is op de openbare terechtzitting van 11 oktober 2021 behandeld. De officier van justitie mr. M. Boekhoud, de ter beschikking gestelde, bijgestaan door de raadsman, en als deskundige [naam 1], werkzaam bij de instelling, zijn gehoord.

3..Adviezen

Advies instelling
De instelling adviseert in het rapport, gedateerd 20 augustus 2021, de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaren.
Bij de ter beschikking gestelde is sprake van schizofrenie, een licht verstandelijke beperking en een stoornis in cannabisgebruik.
Begin januari 2021 is de ter beschikking gestelde intern overgeplaatst naar afdeling Smaragd. Dit betreft een kleine afdeling voor patiënten met een lichte verstandelijke beperking en bijkomende psychiatrische en/of persoonlijkheidsproblematiek.
Deze overplaatsing vindt plaats met de inschatting dat hij op een kleinere afdeling met intensievere bejegening beter te motiveren en stimuleren is om deel te nemen aan de behandeling. De overgang verloopt redelijk soepel. Desondanks is het beeld dat de ter beschikking gestelde laat zien, grotendeels onveranderd. Nadat van antipsychoticum is gewisseld, is hij geleidelijk meer in contact met personeel, neemt hij actiever deel aan het behandelaanbod en is er minder sprake van terugtrekgedrag.
Op basis van de risicotaxatie is het risico op toekomstig gewelddadig gedrag nog altijd hoog als zorg en toezicht wegvallen. De ter beschikking gestelde staat aan het begin van zijn behandeltraject en van een verlofkader is nog geen sprake. Hij kan vanwege een
beperkte draagkracht maar kleine stapjes aan. De verwachting is dat het traject meerdere jaren in beslag neemt. Omdat niet duidelijk is welke groei te verwachten valt, is er geen concreet plan ten aanzien van een vervolgplek. Duidelijk is dat het voor de toekomst belangrijk is dat hij in een gestructureerde en overzichtelijke omgeving verblijft met een (professioneel) netwerk dat hem structureert, begeleidt en toezicht houdt op zijn functioneren om het hoge recidiverisico te matigen. Uiteindelijk wordt gedacht via een FPA toe te werken naar een beschermde woonvorm met 24-uurszorg.
Advies psychiater
Psychiater [naam 2] adviseert in het rapport, gedateerd 31 augustus 2021, de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaren.
Met betrekking tot de diagnostiek sluit de psychiater zich aan bij de vigerende diagnostiek van de kliniek. De ter beschikking gestelde is aangewezen op een zeer geleidelijke resocialisatie. Het is niet de verwachting dat binnen één jaar sprake zal zijn van een situatie waarbij voorwaardelijke beëindiging aan de orde is. De komende periode zal nog in het teken staan van de medicamenteuze behandeling van de psychotische symptomen.
Advies psycholoog
Psycholoog [naam 3] adviseert in het rapport, gedateerd 25 augustus 2021, de termijn van de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaren.
De psycholoog onderschrijft de bevindingen en het advies van de kliniek.

4..Standpunt van partijen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar.
Standpunt van de ter beschikking gestelde
De ter beschikking gestelde en de raadsman hebben primair afwijzing van de vordering bepleit en subsidiair verlenging van de terbeschikkingstelling met één jaar.
Aangevoerd is dat de ter beschikking gestelde geen tbs-kader wil, maar wel begeleiding in een beschermde woonvoorziening. De behandeling staat nog op hetzelfde punt als twee jaar geleden. Het is de afgelopen vier jaar niet gelukt hem goed in te stellen op medicatie. De ter beschikking gestelde is gebaat bij duidelijkheid en perspectief en wil over een jaar meer concreet uitzicht op de inhoud van zijn behandelplan.

5..Beoordeling

Op grond van de adviezen van deskundigen en wat verder naar voren is gekomen op de terechtzitting is de rechtbank van oordeel dat:
- er nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de ter beschikking gestelde;
- de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar wordt verlengd.
Volgens vaste jurisprudentie van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is het uitgangspunt
bij verlenging van een terbeschikkingstelling dat een termijn van twee jaar wordt
gehanteerd. Slechts indien te verwachten valt dat binnen een jaar de situatie zodanig zal
wijzigen dat een andere beslissing aan de orde is, is verlenging van één jaar aangewezen.
Hiervan is, gelet op de adviezen van de drie deskundigen in dit geval geen sprake. De ter beschikking gestelde heeft nog geen verlof en er zullen in de behandeling nog veel stappen moeten worden gemaakt.
De rechtbank verwerpt het verweer van de ter beschikking gestelde, dat een verlenging niet proportioneel is. De duur en zwaarte van de te verlengen terbeschikkingstelling staan in verhouding tot de aard van de stoornis en de kans op herhaling van strafbaar gedrag door de ter beschikking gestelde.
De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging gaat door de verlenging een periode van vier jaar te boven. Verlenging is niettemin mogelijk, omdat de terbeschikkingstelling is opgelegd voor een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen, te weten het meermalen steken en/of prikken met een mes in de hals/nek en/of een arm en een hand van zijn zus.

6..Beslissing

De rechtbank:
verlengtde termijn van de terbeschikkingstelling met
2 (twee)jaren;
wijst afhet meer of anders gevorderde of verzochte.
Deze beslissing is gegeven door
mr. L. Feraaune, voorzitter,
en mrs. R.J.A.M. Cooijmans en F.J. Koningsveld, rechters,
in tegenwoordigheid van M.J. Grootendorst, griffier,
en is in het openbaar uitgesproken.
Tegen deze beslissing kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak en de ter beschikking gestelde binnen veertien dagen na betekening daarvan beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.