Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 12 maart 2021, met 6 producties,
- de incidentele conclusie tot tussenkomst, alsmede een verzoek tot een mondelinge behandeling ex artikel 87 Rv,
- de conclusie van antwoord in het incident tot tussenkomst en het verzoek ex artikel 87 Rv aan de zijde van Esso c.s.,
- de conclusie van antwoord in het incident tot tussenkomst en het verzoek ex artikel 87 Rv aan de zijde van NCC c.s.
2..De vorderingen in de hoofdzaak
3..De beoordeling in het incident en het verzoek ex artikel 87 Rv
op verzoek van partijen of van een van hendan wel ambtshalve in alle gevallen en in elke stand van het geding een mondelinge behandeling bevelen. De rechtbank constateert dat International Oil Pollution Compensation Fund 1992 in deze stand van de procedure (nog) geen partij is bij de hoofdzaak, waardoor zij op grond van artikel 87 Rv thans geen verzoek tot het bevelen van een mondelinge behandeling in de hoofdzaak kan doen. International Oil Pollution Compensation Fund 1992 is daarom niet-ontvankelijk in het desbetreffende verzoek.
4..De beslissing
15 december 2021voor het nemen van de conclusie van eis in tussenkomst door International Oil Pollution Compensation Fund 1992,